10 MAART 1987
138
hoc-bezuinigingen moeten realiseren om deze verplichting te kun
nen nakomen. Wat dat betreft sluit ik mij graag aan bij mevrouw
Rattink van de P.v.d.A. Ze zegt: het weer praten over I.H.M.,
Haagse Beemden, woningbedrijf etc., laten we er eens een keer
mee ophouden. Op dit ogenblik weten we, dat de risico's tot een
redelijk niveau zijn afgedekt. Ik dacht dat met deze voorstellen
een redelijk niveau was bereikt, waarbij we ons zeker bewust
zijn van een zeker risico wat nog niet is afgedekt. P.v.d.A.,
D'66 en Lisa hebben met name gereageerd op de bezuinigingsvoor
stellen rond het sociaal-wetenschappelijk onderzoek. Ik wil voor
alle duidelijkheid hier stellen, dat het uitgangspunt van de
voorstellen inhoudt dat als basis voor het functioneren van het
sociaal-wetenschappelijk onderzoek geldt de instandhouding van
de noodzakelijke basisbestanden teneinde tot een evenwichtige
relatie beleid-onderzoek te kunnen geraken. Het zal duidelijk
zijn dat hierbij ad hoe veldonderzoek niet zonder meer is uit
gesloten. Het zal ook duidelijk zijn, dat informatie aan de be
volking of groeperingen in deze evenmin als een uitgesloten moge
lijkheid behoren. Wel is het zo, dat de voorgestelde bezuinigin
gen tegen de achtergrond zoals hij gepresenteerd is, invulling
zouden moeten krijgen. Ter geruststelling wil ik dan nog in de
richting van mevrouw Rattink zeggen, dat uiteraard door de raad
relevant geachte onderzoeken door ons als beleidsrelevant zullen
moeten worden aangemerkt. Wij vragen dan alleen nog aandacht
voor de capaciteit die ontstaat ten gevolge van de nu voorgestel
de bezuinigingsoperatie. Ik had van te voren kunnen voorspellen
dat deze opmerking van mevrouw Rattink kwam, zoals zij had kun
nen voorspellen dat deze reactie van mij zou komen. Over milieu
het volgende. P.v.d.A. en C.D.A. vragen naar de realiteitswaarde
van de rijksbijdrage milieubeheer. Door het ministerie van
V.R.O.M. is een onderzoek ingesteld naar de effecten van het om-
buigingsbeleid van het ministerie in de richting van meer contro
le, minder vergunningverlening en minder legeskosten. Dat is ge
presenteerd door het ministerie aan Gedeputeerde en Gewestelijke
portefeuillehouders milieu en ik was daarbijomdat ik dat ook
ben. Ik heb het uit eigen ervaring kunnen waarnemen. Dat levert
een ombuigingsoperatie in de richting van de gemeente van 90
miljoen op. Uitgaande van de vuistregel dat Breda over het alge
meen 1% van de landelijke bijdrage c.q. kortingen in het budget
moet verwerken, vind ik een raming van 7 ton zeker van een be
hoorlijke realiteitswaarde. In de richting van D'66 wil ik na
drukkelijk toezeggen dat, indien de verwachtingen ten aanzien
van L.P.G. en bodem, en daar heeft ook de P.v.d.A. naar ge
vraagd, af zouden wijken van de prognoses ten gevolge van calami
teiten, tijdig in de commissie deze zaak aan de orde wordt ge
steld. De Lisa-fractie wijst nog op de voorgenomen wijziging in
de milieuwetgeving, waarop ik in het voorafgaande al doelde, in
de richting van algemene maatregelen van bestuur gericht op con
trole en dient daarvoor een motie in. Die motie komt bij het col
lege zeer sympathiek over, maar toch wijzen we ze af en wel om
de volgende reden. De overwegingen 3 en 4 zijn prematuur en niet
helemaal zonder meer oorzakelijk in eikaars verlengde liggend.
Wat we wel willen toezeggen, maar dat hadden we ook gedaan zon
der deze motie om in de voorstellen bij de kadernota 1989 de ef
fectiviteit van de controle op de milieuwetgeving expliciet aan