10 MAART 1987 139 de orde te stellen. Die toezegging wil het college bij deze doen en tegen die achtergrond stellen wij U voor de motie in te trek ken. Over de zuidelijke rondweg het volgende. De heer Welschen heeft al vanuit de verkeersoptiek het een en ander naar voren ge bracht. De V.V.D.-fractie heeft daar met name naar gevraagd en tegen die achtergrond is het Uw raad bekend dat ons college bij herhaling aandrang heeft uitgeoefend bij het Ministerie van V.R.O.M. Dat is een ander ministerie als waarmee de heer Welschen de hele tijd onderhandelingen voert voor dezelfde zuide lijke rondweg. Vooruitlopend op die reconstructie proberen we middelen te krijgen voor geluidwerende maatregelen. De herhaalde pogingen waar ik nu over spreek, hebben op 25 januari jl. geleid tot de ambtelijke afspraak, dat op basis van een te verwachten verkeersaanbod van 16.000 voertuigen per dag, dezelfde 16.000 waar de heer Welschen het over had, een plan voor geluidisoleren- de maatregelen vóór 1 juli 1987 bij het ministerie moet worden ingediend. Afhankelijk van de voortgang en de financiële conse quenties van projecten elders zullen op basis van dit plan moge lijk reeds in 1987 middelen tegemoet gezien kunnen worden. In ieder geval mag gerekend worden op basis van dit plan op bij drage in 1988 en zo nodig in 1989. In nauwe samenwerking tussen de afdeling geluid van de milieudienst en de afdeling verkeer van de dienst openbare werken wordt momenteel met voortvarend heid aan het bedoelde plan gewerkt, zodat wij vóór 1 juli dit plan ten departemente hebben gepresenteerd. Voor alle duidelijk heid, over deze ontwikkeling is tevens een vertegenwoordiging van het comité zuidelijke rondweg geïnformeerd. Ik meen te mogen constateren dat ons college ook op dit onderdeel van het program akkoord Invulling tracht te geven, waarbij ik echter niet ver heel dat de medewerking van rijkswege in belangrijke mate bepa lend is voor succes. Ik ben blij dat wij eindelijk de vicieuze cirkel hebben kunnen doorbreken, zodat het niet eerst wachten op de reconstructie is, en dan op de geluidsmaatregelen. Nu is er van bepaalde uitgangspunten uit een toezegging, dat er in plaats van een plan maatregelen genomen kunnen worden. Afsluitend spreek ik de hoop uit dat ik de door de diverse fracties gestel de vragen, betrekking hebbend op mijn portefeuille, in voldoende mate heb beantwoord. Ik hoop dat met deze beantwoording de raad tot een verantwoorde besluitvorming kan geraken, uitgaande van een verantwoord financieel beleid in deze raadsperiode. De VOORZITTER Ik stel voor dat de raadsleden nu kunnen revitaliseren met de koffie. SCHORSING De VOORZITTER heropent de vergadering. Wethouder HOFSTé Ik wil binnen de drie sectoren die ik heb graag beginnen met de sector cultuur. De weg om te komen tot een nieuwe nota kunst en cultuur, zoals is overeengekomen in het program-akkoord, is inge slagen met de contourennota. Die nota heeft in veel geledingen de tongen losgemaakt. Het elan dat uit de nota spreekt is duide-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1987 | | pagina 139