29 JANUARI 1987 O dat er ook bij de ondernemer nogal een belang ligt. Dit is al leen maar een kanttekening bij de zaak die hij aangeeft... De heer GARRITSEN Nee, dat is bekend. Er had in de loop der tijden meer kunnen gebeuren met instrumenten die beschikbaar zijn om die zaak op tafel te leggen. Als het dan werkelijk niet meer kan, dan zeg ik: het onmogelijke is aan de hand gehouden, maar dat verhaal hebben we niet op tafel. Wethouder WELSCHEN Ik loop overigens niet weg voor het feit dat wij die instrumen ten niet hebben uitgeprobeerd op de manier waarop U dat wilt. Wij hebben de keuze gemaakt op grond van argumenten zoals ik die net heb genoemd en daarover blijven we van mening verschillen. In aansluiting op Uw opmerking van zoeven dat het college als to taal besluiten neemt, neemt de raad als totaal zometeen beslui ten, dus wat dat betreft zitten wij in hetzelfde bootje. Akkoord, met de aantekening dat de fracties Lisa, P.S.P. en D'66 geacht willen worden te hebben tegengestemd. 42 4. VERKOOP VAN BOUWGROND AAN BOUWBEDRIJF DE ROOY B.V. (W) De heer BOKKELKAMP Als we het besluit gaan bestuderen en we kijken naar artikel 2, dan is er duidelijk het anti-speculatiebedingGezien het feit dat de V.V.D. wars is van wat overdreven regelgeving, is de vraag: wat is de zin, juist bij het verkopen van dit soort vrije sector koopwoningen, van een dergelijk speculatiebeding? Zou het niet zinvol zijn in het vervolg dit soort zaken bij de verkoop van vrije sectorwoningen eruit te laten. We zijn het er natuur lijk wel mee eens dat bij premie koopwoningen andere regels gel den, maar in dit geval is het wat aan de overdreven kant. Mevrouw PAULUSSEN Wij zijn tegen om de bekende redenen. De VOORZITTER Mijnheer Garritsen, wilt U zich daarbij aansluiten? Wethouder WELSCHEN Wij hanteren het instrument op dit moment nogal soepel, omdat er in de speculatiesfeer niet erg veel te doen is. De vraag is: op welk moment moet je een instrument afschaffen? Je kunt het ook op een bepaalde manier hanteren, omdat er vrijstellings- en ont heffingsmogelijkheden zijn. Als U het nodig vindt om daar een keer uitvoerig over te praten, dan wacht ik Uw initiatief in de commissie af. De heer BOKKELKAMP U kunt ons initiatief verwachten. Wethouder WELSCHEN

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1987 | | pagina 15