12 MAART 1987 165 De door de heer De Bruijn c.s. ingediende motie luidt als volgt: MOTIE 8 De raad van de gemeente Breda, in vergadering bijeen op 12 maart 1987, behandelend de kadernota voor het jaar 1988, besluit het college uit te nodigen; bij de Verdere besluitvorming met betrekking tot bezuinigings voorstellen als opgenomen in hoofdstuk III van deel I en nader toegelicht in bijlage D van deel III van de nota, nadrukkelijk aan te geven en met de commissie p. en o. te bespreken wat de aanpak van de reorganisatie wordt en wat de gevolgen zijn van die voorstellen voor in ieder geval de werkgelegenheid van het gemeentelijk personeel, en gaat over tot de orde van de vergadering. Mevrouw PAULUSSEN Het college is niet ingegaan op het voorstel van de Lisa-fractie om een andere methode te kiezen voor de bezuinigingen. Ik heb U in de eerste instantie gezegd, dat wij in ons verkiezingspro gramma uitdrukkelijke grondige sanering van de gemeentelijke financiën hebben voorgesteld. Ook door D'66, is een andere metho de aangedragen. V/ij hebben gezegd: neem nu de tijd van twee jaar om een grondige discussie te hebben over een aantal zaken, een renovatieplan op te stellen en kom dan in het voorjaar 1989 met een aanbieding van weloverwogen voorstellen waar mensen en groeperingen bij betrokken zijn en waarover met de raad en de commissies een fundamentele discussie heeft plaatsgevonden. In die tussentijd geldt een vermindering van de inzet van de alge mene reserve. De heer DE BRUIJN Mevrouw Paulussen koppelt haar renovatieplan aan ons amendement heb ik begrepen. Ik wil wel een duidelijke kanttekening daarbij plaatsen, nl. dat ons amendement toch iets anders luidt. Name lijk 1988 invullen en de volgende jaren met beleid onderbouwd. Mevrouw PAULUSSEN Ik heb niet bedoeld om te zeggen dat ons renovatieplan hetzelfde is als dat van U. Ik heb geprobeerd te zeggen dat U ook een ande re methodiek voorstelt dan op dit moment door het college naar voren is gebracht. Zo heb ik het bedoeld. Wethouder Römkens zegt dat de nota stedelijk beheer, die nu nog niet door het college en de raad, is vastgesteld, mogelijk mede tegemoet komt aan de voorstellen van de Lisa-fractie. Dat doet ze juist niet, want wij vragen eerst een fundamentele discussie en daarna komen met voorstellen op grond van die discussie. Zowel wethouder Welschen als voorzitter van de werkgroep I als wethouder Römkens zegt "het college kent geen minder slechte methode". Wij hebben duide lijk gezegd, dat we er een betere methode voor hadden. Wethouder

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1987 | | pagina 165