26 MART 1987
Er is al veel over gezegd. In de commissie hebben wij ook naar
voren gebracht, dat wij teleurgesteld zijn over deze gang van
zaken. Wij hebben met name gewezen op het feit dat dit een ty
pisch voorbeeld is, dat een bezuinigingsmaatregel te snel door
gevoerd wordt en er te weinig tijd genomen is voor de voorbe
reiding. Daarop hebben we herhaaldelijk gewezen op andere momen
ten en nu blijkt heel nadrukkelijk, dat we op een bepaald ogen
blik de rekening gepresenteerd krijgen. Dat de wethouder in
de commissie niet geprobeerd heeft de zaak goed te praten, vinden
we een positieve zaak. Dat is belangrijk, want dat is in het ver
leden wel eens anders gebeurd. De lering die we daaruit zouden
moeten trekken, is wel erg belangrijk. Ik zou nog willen wijzen
op de inschatting van de maatschappelijke neveneffecten, die de
invoering van de minicontainers met zich meegebracht hebben. In
de verdere doorvoering blijkt dat die maatschappelijke nevenef
fecten op de mensen die het vuil en het zwerfvuil op moeten
halen, te positief beoordeelt zijn. Ten aanzien van de reini
gingsrechten zit je voor een stuk in de problemen. Bij de reini
gingsrechten krijg je een verdere doorrekening van de foutieve
berekeningen. Ten aanzien van de meerkosten ten gevolge van de
toename van activiteiten, de kerstboomverbranding en het chemisch
afval wat ook door een ander gesteld is, vinden wij het een
goede zaak dat het ook preventieve maatregelen zijn. Als blijkt
dat je veel vuil en bepaald vuil met elkaar produceert, dan zul
je daar natuurlijk ook iets voor over moeten hebben. Tegen de
percolaatbehandeling - en daar heeft de heer De Leeuw al over
gesproken - is niemand tegen. Iedereen is het er over eens, dat
het vanuit milieuoogpunt een hele goede zaak is. Alleen komen we
daar toch een beetje in de problemen met deze zaak, omdat de hele
kwestie nog niet afgerond is. Wij hebben toch die percolaatbehan
deling in relatie gebracht tot het steeds onduidelijke inzicht
wat er nog Is in de totale kosten van het project Bavel-Dorst.
Wij hebben dan ook een motie op dit onderdeel bij U gedeponeerd,
die ik zou willen indienen. Daarin wordt gevraagd om er bij de
portefeuillehouder afvalverwerking van het Stadsgewest op aan te
dringen een uiterste poging te doen om de totale kosten/baten
voor de Grontmij van het project Bavel-Dorst middels een nacalcu
latie.; te betrekken bij de onderhandelingen over de definitieve
vaststelling van de kosten van de percolaatbehandeling.
De door mevrouw Paulussen ingediende motie luidt als volgt:
MOTIE
De raad van de gemeente Breda, in vergadering bijeen op 26 maart
1987, behandelend het voorstel van burgemeester en wethouders
over de wijziging van de verordening reinigingsrechten 1984 enz,
agendanummer 499, overwegende dat inzicht in de totale kosten/-
baten voor de Grontmij van het project Bavel/Dorst nog steeds
onduidelijk is; vraagt het college er bij de portefeuillehouder
afvalverwerking van het Stadsgewest op aan te dringen, een uiter
ste poging te doen de totale kosten/baten voor de Grontmij van
het project Bavel/Dorst middels een nacalculatie te betrekken
bij de onderhandelingen over de definitieve vaststelling van de
kosten van de percolaatbehandeling. En gaat over tot de orde van
de vergadering.