26 MAART 1987 243 de raad is gewaardeerd. De teleurstelling over de zaak speelt ook bij het college, en bij de ambtenaren; ik hoef niet in her haling te vallen om dat nog eens naar voren te brengen. Ik wil er wel op wijzen, dat een aantal zaken nadrukkelijk onderschei den moet worden. In de toegezonden aanvullende notitie en in de bijlagen geeft de driedeling duidelijk aan, dat ruim f 350.000,aanwijsbaar is als gevolg van verkeerde aannames en te lichte inschattingen. Het gaat mij te ver om zonder meer te zeggen dat de f 832.000,aan kredietoverschrijding, alleen een gevolg is van de veronderstelde te positieve inschatting. Wij moeten gewoon reëel zijn. Natuurlijk is het zo, dat je in 1985 had kunnen zeggen: wij prognostiseren rekening houdend met de verwachte bouwcapaciteit een dusdanige behoefte aan minicon- tainers, dat we tot en met 1987 voorzien zijn. Dat heeft dan te maken met het aspect areaaluitbreiding. De kosten, die nu hier op tafel liggen, betreffen de ramingen tot eind 1987 voor wat betreft het areaal. De ten gevolge van de areaaluitbreiding opgenomen kosten vindt U in het totale bedrag. Dat wordt via het totale bedrag van het reinigingsrecht als onderdeel van de lasten gedekt en dat heeft dus geen effect op het reinigings recht. Ik wil dit toch nog eens expliciet naar voren gebracht hebben. Men kan terecht zeggen: Als je met een dergelijk groot project gaat beginnen en je weet dat het project qua invoering anderhalf, twee jaar gaat duren en je komt met een voorstel, prognostiseer dan de capaciteit voor anderhalf, twee jaar. Ik wil dat niet ontkennen, maar dat wil niet zeggen dat het nalaten van die prognose extra kosten met zich mee heeft gebracht. Hoe wel het nu in het krediet naar voren is gekomen, was dat anders ook wel naar boven gekomen, zoals dat bij de jaarlijkse vast stelling van de noodzakelijke kredieten voor rendabele onder delen het geval zou zijn geweest. Ik heb moeite met de opmerking van de heer Berkhout. Hij zal het niet zo bedoeld hebben, maar hij zegt dat de raadsleden onbewust gevaren hebben op deze ge gevens die onvolledig waren. Ik neem niet aan, dat hij sugge reert dat het college respectievelijk de ambtelijke staf bewust deze onvolledige gegevens zouden hebben verstrekt. Ik zou dat toch graag willen ontkennen als die gedachte zou opkomen. De heer Berkhout kennende weet ik dat hij die gedachte zeker niet zou uitspreken. De heer BERKHOUT Het bleek niet uit het besluit van 11 Juli 1985» vergeleken met dat van 9 mei 1985, dat het lagere bedrag 1043 containers minder bevatte, en déër ging het om. Daarvan waren wij ons niet bewust. Het is uitdrukkelijk nog eens nagelezen, maar die 1043 zijn niet genoemd en dat betekent onbewust. Wethouder RöMKENS Ik ben toch blij dat ik die opmerking gemaakt heb, want dat stelt me weer wat gerust. U mocht er vanuit gaan, dat het raadsvoorstel van juli 1985 in vergelijking met dat van mei 1985 over de zelfde aantallen ging. Het ging in feite over 1043 minicontainers min der, zijnde de behoefte die tot aar. het einde van dat jaar ge raamd was. U hebt daar ook een verklaring voor gevonden in de aanvullende toegezonden informatie. Ten aanzien van betere prijs-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1987 | | pagina 243