26 MAART 1987 258 heden je nu binnen Breda hebt om aan dat monumentenbeleid goed gestalte te gaan geven. Uiteraard zijn er links en rechts wat potjes beschikbaar; via het stadsvernieuwingsfonds zit er het een en ander in, en aan de andere kant kunnen we enkele subsi dies geven aan particuliere eigenaren. Om dergelijke punten, die snel om een beslissing vragen, goed aan te kunnen pakken, ont breken ons de middelen. Het is van belang, dat we met z'n allen om de tafel gaan zitten en in de commissie daarop nog eens uit gebreid terug komen. Hoe gaan we aan dat monumentenbeleid, ge baseerd op de gemaakte inventarisatielijst gestalte geven? Het zal U duidelijk zijn, dat we tegen de onderdelen I en II van besluit 527 en besluit 526 zijn. Wethouder HOFSTé Als ik me zou moeten beperken tot het beantwoorden van de vra gen, dan zou ik snel klaar zijn. Er is feitelijk maar een vraag gesteld. Mevrouw Boidin heeft mij gevraagd om op de wijzi ging van de monumentenverordening in de commissie nog eens snel terug te komen. Wij hebben heel duidelijk geconstateerd dat de procedures, zoals ze nu door elkaar lopen in dit onderhavige geval, aanleiding zijn om nog eens nadrukkelijk te kijken naar de monumentenverordening. Wij zullen dat ook graag doen. Over de plaatsing van het pand op de lijst wil ik een enkele opmerking maken. Het is vanuit een bezorgdheid van het college, dat wij na ingewonnen adviezen het pand in mei 19 8 6 op de lijst hebben geplaatst. Met die plaatsing werd voorkomen, dat het pand op voorhand zou verdwijnen, zonder dat er een goede afweging zou hebben plaatsgevonden. Als we hadden gewacht, en dat is ook door meerdere sprekers gezegd, dan hadden we helemaal niets meer hoeven te overwegen. Het is duidelijk dat over dit pand vanaf het begin politiek verschillend werd geoordeeld. Ik betreur dat; op deze manier wordt het monumentenbeleid, wat we met z'n allen graag goed van de grond willen tillen, overschaduwd door deze procedure. Maar éénmaal de weg ingeslagen, is dat deze proce dures daaruit logischerwijze kunnen voortvloeien. Er is gespro ken over de schadepost. De heer Koekkoek die zegt: "Als je je eigenlijk alles realiseert, dan zou de schade beperkt kunnen blijven van f 0,tot f 200.000, We hebben daar ook in de commissie uitvoerig over gesproken.De berekening, die door de advocaat is gemaakt, is nog eens nader geanalyseerd door onze eigen mensen en door externe deskundigen. Je kunt dat bedrag aan merkelijk reduceren, maar het is niet zo dat het zou teruggaan naar 0. Van de link die de heer Garritsen legt, namelijk als we maar eerder iets gedaan hadden, dan kon het schadebedrag tot de helft worden teruggebracht, is helemaal geen sprake van. De schadeclaim is ingediend en daar zat natuurlijk veel bluf bij. Naar de reducering van de schade is heel duidelijk gekeken en die heeft betrekking op het moment dat het college besloten heeft tot plaatsing op de lijst. De heer GARRITSEN U ontkent dus dat het te maken heeft met de tijd van de infor matie naar de projectontwikkelaar. Wethouder HOFSTé

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1987 | | pagina 258