15 APRIL 1987 318
herbezettingsgeldenWe willen ons nu beperken tot het tech
nische voorstel, omdat het voorstel voortvloeit uit de vorige
besluitvormingen. De mogelijkheid wordt geboden aan het I.M.W.,
als men dat wil, om procedurele stappen te nemen richting Arob
en derhalve zijn we akkoord met het voorstel.
Mevrouw PAULUSSEN
Ik heb mijn stemverklaring al bij het vorige punt gegeven.
Akkoord.
III.
546. VASTSTELLEN VAN BEGROTINGSWIJZIGINGEN.
De heer BOER
We hebben in de commissie een voorbehoud gemaakt en het mee te
rug genomen naar de fractie. Naar onze mening betreft het hier
toch een verkapte subsidie.
De VOORZITTER
U heeft het over de 33e wijziging?
De heer BOER
Ja, het gaat Inderdaad over de 33e wijziging, want daar hadden
wij het voorbehoud op gemaakt. We vinden het toch een verkapte
subsidie, die inhoudelijk niet, voor zover wij weten, in de com
missie cultuur aan de orde is geweest. We willen nadrukkelijk
wijzen op de drie o's van onontkoombaar, onultstelbaar en onvoor
zien. U zegt, dat het onvoorstelbaar is. Wij vinden dat een te
harde uitdrukking. De manier waarop het gaat, is heel merkwaar
dig. Wij gaan mee met het voorstel.
Wethouder RöMKENS
Ik heb toch behoefte om te reageren om nadrukkelijk het misver
stand weg te halen. Het gaat niet om een verkapte subsidie, maar
om een duidelijke subsidie. Omdat wij ongelukkigerwijze de zaak
niet bij de begroting behandeld hadden, en dat is de' vierde o,
hebben wij er een beroep op gedaan op grond van het feit dat het
onvoorzien, onvermijdelijk en onontkoombaar was.
Akkoord
530. HET VROEG AFLOSSEN VAN RIJKSLENINGEN.
Mevrouw PAULUSSEN
In de commissie is hier uitvoerig op ingegaan. Er zijn twee
zaken aan de orde. De extra financiële verplichtingen worden
niet afgedekt door het rijk. Door decentralisatie van het volks
huisvestingsbeleid ontstaat er een grotere financiële verantwoor
delijkheid voor de gemeente. In de discussie is aan de orde ge
weest, dat de drie woningbouwverenigingen tot nu toe weinig
blijk hebben gegeven, dat ze op een positieve wijze meewerken
aan de toegenomen controlerende taak van de gemeentelijke over
heid, los nog van de wettelijke verplichtingen die er zijn. Dit
voorstel heeft een positief effect op de slechte financiële situ-
