7 MEI 1987 330 een vergadering kwam kijken; de vergadering daarop werd ik ge vraagd voor het bestuur en drie vergaderingen later was ik voor zitter zonder dat ik het goed in de gaten had. Dat ging wel erg snel. Ondanks dat er hele goede dingen inzaten, voornamelijk op landelijk gebied, had ik eerlijk gezegd het idee dat het ge meenteraadswerk helemaal niet zo interessant was. Toen ik als voorzitter probeerde om onze kandidatenlijst goed te vullen, liep dat wat lastig. Ik moest zelf op die lijst en ik moet zeg gen dat ik sneller dan wie ook heb moeten erkennnen, dat ik in mijn ideeën over de betekenis van het gemeenteraadswerk vol slagen verkeerd zat. Wat ik heel erg snel gemerkt heb, is hoe veel je in feite vanuit deze raad kunt doen voor de directe si tuatie van een heleboel bewoners in de stad. Zeer veel mensen -en ik heb dat dus ook gedaan- verkijken zich gruwelijk op wat een gemeenteraad in feite op politiek niveau kan leveren aan belangrijke zaken. Dat was dus een behoorlijke beoordelingsfout die ik toen maakte. Toen ik eenmaal in de raad zat en ontdekt had hoe belangrijk dat werk is, heeft mij dat enorm gegrepen. Ik heb geprobeerd op een verantwoorde manier tijd daaraan te be steden. Als je naar die afgelopen periode terugkijkt, Is er een aantal vaste punten, die iedere keer zijn teruggekomen. Het eerste wat ik zou willen noemen Is het proberen bestuurder te blijven. U zei dat ze bij openbare werken, bij jeugd, sport en recreatie en Enwa vonden, dat ik op de stoel van de directeur ging zitten. Dat is absoluut niet het geval. Je moet ervoor zorgen, dat je je apparaat verschrikkelijk goed kent en daar naast moet je een volslagen onafhankelijke en sterke informatie bron uit bewoners zien te krijgen. Ik heb zelf altijd het idee gehad, dat Ik op het snijpunt van drie lijnen stond, die In feite alle drie even belangrijk waren. Dat is de lijn langs de ambtelijke voorstellen, de lijn vanuit de buurten waar we con tacten hadden en waar je een heleboel informatie krijgt en dat alles natuurlijk toch weer afgezet tegen de maatschappijvisie als je die hebt, de politieke lijn die een partij op een gegeven moment ontwikkelt en waarlangs je wilt proberen om te opereren. Je staat dan op een punt waar al die informatie op verschillende manieren binnenkomt en waar je moet proberen voorstellen, behoor lijk onafhankelijk, te beoordelen. Het is niet zo moeilijk om als een verlengde van een ambtelijk apparaat te opereren en die voorstellen door te werken, maar ik heb ervaren dat je het zo niet kunt. Je moet de invloed van wat allerlei belanghebbenden vinden er echt in meenemen. Als je dat niet doet, dan zul je merken dat veel van die voorstellen toch, soms op essentiële punten er vaak op nuanceringen, minder goed zijn dan ze zouden kunnen zijn. Wat ik steeds geprobeerd heb, is eigenlijk om zowel de bewoners- als de ambtelijke informatie te combineren en op die manier de voorstellen in de raad te brengen. Of dat over jeugd, sport en recreatie of over stadsvernieuwing of renovatie of over problemen rond de wijkverwarming en stadsverwarming ging; de mensen die wat langer In de raad zitten weten nog wel wat voor chaos er op een gegeven moment was. Dat is de essentie van het werk en ik hoop dat dat ook blijft bestaan in Breda. Ik heb dat in de oppositie, in 197^-1978 heel erg duidelijk geleerd. Dat is een basis zonder welke je niet kunt werken. Je moet het meer buiten het stadhuis dan binnen het stadhuis doen, zou ik

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1987 | | pagina 330