21 MEI 1987 35^ gezien de instemming van de minister van Binnenlandse Zaken in de uitgave van de handleiding voor positieve actie (december 1986), die een neerslag is van een proef met positieve actie, waaraan in 1985 en 1986 drie overheidsorganisaties hebben mee gewerkt (onder meer de gemeente Delft); gezien het feit dat de gemeentelijke overheid als grootste werk gever in de stad een voorbeeldfunctie dient te vervullen bij de verwezenlijking van emancipatie doelstellingen in het personeels beleid gezien de notitie "facetbeleid emancipatie en minderheden in per soneelsbeleid" uitgereikt in de vergadering van de commissie per soneel, organisatie en automatisering d.d. 6 mei jl.; mede gezien het ten aanzien van genoemd ontwerp-raadsbesluit in gediend amendement en de daarop ter vergadering van de gemeente raad bij de behandeling van genoemd voorstel gegeven toelichting; besluit de tekst van het onderdeel 2. in het bij genoemd voorstel beho rende ontwerp-besluit als volgt aan te vullen: 2met dien verstande, dat het bij dit besluit beho rende voorstel voor wat betreft het onderdeel 6. op pagina 3, als volgt wordt gewijzigd": 6. emancipatie (hoofdstuk 2.7). "Voor de begrotingsbehandeling 1988 een positief actieplan voor te bereiden en uit te werken, dat gericht is op de ver betering van de positie van vrouwen in de gemeentelijke or ganisatie. Een en ander zoals uitgewerkt in de notitie "facet beleid emancipatie in personeelsbeleid", welke werd uitge reikt in de commissie personeel, organisatie en automatise ring d.d. 6 mei 19 8 7Bij de uitwerking van het positief actieplan de werkgroep "vrouwen en personeelsbeleid" te betrekken; en gaat over tot de orde van de vergadering. Wethouder SANDBERG In de reacties is een aantal clusters aan te brengen, die ik als zodanig zal proberen te beantwoorden. Binnen de opmerkingen valt er een lijn te constateren, dat er gelukkig binnen de raad toch wel begrip voor is, dat er een zekere discrepantie bestaat tus sen datgene wat gevraagd wordt en datgene wat als uitkomst nader moet worden uitgewerkt. De heer Martens begint er al mee. Zijn eerste zin is: "de nota is er en het college heeft voldaan aan de uitnodiging die in het programakkoord verwoord lag"Zeker binnen mijn portefeuille zou er toch binnen een jaar tijd een no ta automatisering, een nota personeelsbeleid en een nota sociaal- economisch beleid moeten liggen. Ze liggen er binnen dat jaar en we zullen dus nu nader over de uitwerking moeten spreken. Vervol gens zegt hij"ik maak me zorgen over de bemensing van het appa-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1987 | | pagina 354