21 MEI 1987 361 daarin, dient de Instroom van vrouwen nog vergroot te worden. uit Daarnaast moet er een positief actieplan voor etnische minder- aan heden gemaakt worden, waarbij we op voorhand zeggen: zoveel sti etnische minderheden moeten er toevloeien of instromen. Dat zal hee niet vertaald worden op de wijze zoals het college dat wilt. Wij kin hebben 23 personen in dienst die tot de etnische minderheden ge- mev rekend kunnen worden. Dat is niet veel, l\%maar het stijgt ver houdingsgewijs uit boven vele andere gemeenten. Ik ben best be- De reid om U toe te zeggen, dat het de volle aandacht heeft en daar- Nee om staat het ook in het preadvies. Maar om nu te zeggen; we gaan eens fijn een positief actieplan maken met streefcijfers, dan De gaan we verder dan de intentie die neergelegd is in het pread- Dus vies. Derhalve wil ik U adviseren de amendementen niet in zoda nige vorm in de besluitvorming op te nemen. De Die De heer MARTENS In zijn algemeenheid is de beantwoording van de wethouder in de De eerste termijn positief ontvangen. Ik wil nogmaals benadrukken Het dat, als je een nota personeelsbeleid presenteert, er naar onze ken mening toch minstens een paragraaf opgenomen dient te zijn wat vor betreft de sociale aspecten. Vandaar dat we er toch erg hard aan zie getrokken hebben om dat sociaal-jaarverslag er door te krijgen. sla We zijn met de beantwoording van de wethouder tevreden, dus de van motie blijft zoals het dan heet, in de achterzak. We zullen aan men het einde van dit jaar als commissie personeel en organisatie act neem ik aan, toch wel enige inbreng kunnen hebben in wat precies is de inhoud van het sociaal-jaarverslag zou moeten zijn, binnen de col kaders van de bemensing binnen de dienst uiteraard. Het gestelde der over de m.c.'s hebben we voor kennisgeving aangenomen. We weten tin ook dat het georganiseerd overleg, en ik heb dat van nabij mee aan mogen maken, een hele andere opstelling heeft dan enkele m.c.'s. zei Dat neemt niet weg, dat het overleg binnen alle m.c.'s optimaal hel moet zijn. Het verbaasde mij een beetje, dat de Abva-Kabo in eer- bes ste instantie de nota personeelsbeleid afwees op de individuall- wat sering. Ik kan het goed begrijpen, maar ik kom daar straks in de zou richting van de heer Taks op terug. Het verbaast mij eveneens, hee dat het preadvies van het college unaniem door het georganiseerd kir overleg inclusief de Abva-Kabo werd aanvaard. Ik heb daar ook var met de mensen over gesproken, maar daar zijn we niet geheel uit- Wij gekomen. De P.S.P. zegt: P.v.d.A. ligt in het college, de wet- moe houder heeft eigenlijk al voor mij geantwoord. Er is een con- bij structieve houding tussen het college en de leden van de not P.v.d.A.-fractie in de commissie personeel en organisatie. Ik en moet de heer Garritsen daarin teleurstellen. Hij luistert boven- voe dien slecht. Ik heb in de eerste termijn gezegd dat als er een bec sociaal-jaarverslag tot stand komt, dat in overleg zou moeten, de wat betreft de inhoudsopgave en de grote lijnen, met de commis- als sie. In die commissie zit zijn eigen partijgenoot, de heer teg Hoebink. Wat dat betreft moet er in de richting van de P.S.P. kor geen probleem zijn. Over de V.V.D. en de houding van de wij Abva-Kabo het volgende. De V.V.D. staat iets te ver af van de ler vakbondsstructuur en hoe dat nu precies in zo'n georganiseerd aar overleg werkt. Het Is natuurlijk toch een groepering, die een me\ belangenbehartiging heeft naar zijn ambtenaren toe. De grote sit zorg van de Abva-Kabo is geweest, en de wethouder heeft dat mee

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1987 | | pagina 361