29 JUNI 1987 474 gen. In die convenant zal namelijk de herkenbare laagdrempelige aanpak voor het jongerenwerk in Breda ook op langere termijn ver zekerd moeten worden. Naar onze mening zou dat mogelijk zijn met een zekere autonomie binnen het I.M.W. Mevrouw VAN BEUSEKOM-NIX Het model waarin U de haalbaarheid van de beide kadernota's en de in H.U.G.-II besloten bezuinigingen met betrekking tot de maatschappelijke dienstverlening presenteert, ziet de V.V.D. als een mogelijke concretisering van deze bezuiniging. Ik wil toch de nadruk leggen op het woord "mogelijke". Niet dat wij vinden dat het gehaald moet worden, maar er wordt bv. in de notitie sterk uitgegaan van: als de provincie dit of dat doet, hebben we met de functiewethouder al gesproken. Het is daar nog steeds niet besloten, want ik ben nog steeds heel erg bang dat dat wel eens tegen zal kunnen vallen voor Breda. Laten we daar even niet vanuit gaan. U heeft binnen de marges geprobeerd om op hoofdlij nen een uitwerking aan te geven voor een jongerenhulpverlenings- punt. Ik heb de indruk dat de marges waarin het een en ander ge beurt, vrij krap zijn. U hoort mij weer niet pleiten voor het uitbreiden of het vergroten van de marges, maar er wordt wel eens in de raad gekozen voor zaken zoals: dingen moeten toch doorgaan en een onderwerp als een jongerenhulpverleningspunt zijn we echt wel voor, heel sterk zelfs. Ik wil er toch op wij zen, dat onze fractie, want anders zou U misschien denken dat wij dingen onder tafel schuiven maar zo is het niet, in tijd van echte bezuinigingen denkt: daar moet toch wel wat gebeuren. Wij hebben ook wel eens gezegd bij een bezuinigingsvoorstel: zorg dat de categorale voorzieningen die je hebt, bv. bij Stichting Jeugd en Gezin, goed zijn. Breidt een gedeelte van het I.M.W. uit en hef dan het J.A.C. volledig op. Dat is niet gebeurd. Daar heeft de raad in meerderheid niet voor gekozen. Wij kunnen aan de ene kant zeggen: J.A.C. opheffen en aan de andere kant mag je niet zeggen: als je nou maar zachtjes doordrukt en een heel klein beetje meer keelt, dan gaat het ook wel dood, want dat is onze bedoeling niet. Je zegt of het gaat weg of het blijft. Nu Is dat geen van tweeën zo. Ik weet wel, dat we In een wereld van compromissen leven. U heeft in de commissievergadering gezegd: wat betreft de personele en de huisvestingsinvulling zal ik zeer soepel te werk gaan; dat hoop ik. Al eerder is het een en ander aangekaart over hoe het met de huisvesting moet. Wij wijzen U er nogmaals op, dat dat in de ene notitie niet stond en in de ande re notitie bij getikt was dat het 't Gist was. Ik wil daarbij niet zeggen dat het "t Gist absoluut niet kan zijn, maar een in stelling zegt bv. het kan 't Gist absoluut niet zijn. U zegt daarbij ook heel eerlijk: wij hebben geen overleg gevoerd. Wan neer U tot andere huisvestingsvoorstellen komt, mag U nooit de suggestie wekken van toevallig leegkomende gemeentepanden die dan opgevuld worden door een Instelling. Dat zou dan heel kwa lijk zijn. Die suggestie werd gewekt, althans naar het idee van de instellingen die mee zouden moeten werken. Ik wil U nogmaals vragen: hoe denkt U met het geheel soepel om te gaan toch de be zuinigingen te halen en in alle redelijkheid een goed jongeren hulpverleningspunt van de grond te krijgen? Ik wil even reageren op wat het C.D.A. gezegd heeft. Het C.D.A. zegt: zou het niet

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1987 | | pagina 474