29 OKTOBER
richt. Een dezer dagen heb ik vernomen dat er al initiatieven
zijn in Den Haag om de regeling Vermeend-Moor in enige mate bij
te stellen. De jongelui die via deze tijdelijke regeling werker
varing opdoen, zouden via de regeling Vermeend-Moor wellicht
door kunnen stromen naar het bedrijfsleven. Dat zou voor deze re
geling een niet onbelangrijke verbetering zijn. Ik zou tekort
schieten wanneer ik U niet op het volgende zou wijzen. Dat geldt
voor meerdere sprekers, die enigszins een verwijt maken in de
richting van het bedrijfsleven. Het bedrijfsleven werkt hard
mee. Het bedrijfsleven wordt op dit moment met het JOB-plan ge
confronteerd en ontwikkelt een behoorlijke activiteit; dat loopt
enorm goed in Breda. In de PEP-regeling werken meer dan 150 jon
gelui; dat Is ook een regeling, die op het bedrijfsleven van toe
passing Is. Als Ik de eerste resultaten zie door onder andere de
wet Vermeend-Moor, dan scoort Breda redelijk tot zeer hoog. Dat
is toch dankzij de bereidwillige medewerking van met name het be
drijfsleven. Dat het bedrijfsleven niet kan en mag meedoen aan
deze tijdelijke regeling, is inderdaad een erg vervelende omstan
digheid. Via de koppeling naar Vermeend-Moor zou dat positief
kunnen worden omgebogen. Tenslotte vraagt de heer den Boer naar
de tussentijdse rapportage. Wij hebben daar in de commissie al
over gesproken en deze toegezegd. Als ik een signaal inzake een
versnelling wellicht in Den Haag bemerk, dan zal ik dat zeker
doorgeven. Ik moet U helaas op dit moment al zeggen dat de sig
nalen die wij krijgen, en ik heb daar deze week nog gesprekken
over gehad in Den Haag, eerder leiden tot een vertraging in de
landelijke wetgeving met betrekking tot het jeugdwerkgarantie
plan. Op dit moment zijn geluiden waarneembaar, die erop duiden
dat deze tijdelijke regeling mogelijk nog met een jaar verlengd
zou kunnen worden om in ieder geval geen gat te laten ontstaan
tussen deze tijdelijke regeling en een eventueel definitief
jeugdwerkgarantieplan. Aan de uitstroom moet Iets gedaan worden.
Ik moet U zeggen dat we op 1 september daarmee zijn gestart. De
werkzaamheden zijn voornamelijk nog geconcentreerd op de start
van het project met de hele werving en selectie van plaatsen.
Wij hebben nadrukkelijk het voornemen om straks bij de doorstro
ming en dat is in januari/februari, de contacten in de richting
van het bedrijfsleven een veel sterker accent te geven. Het Is
een hell of a job om in een dergelijke korte tijd zoveel arbeids
plaatsen te creëren, daar Jongelui voor te selecteren met afstem
ming op hun scholing etc. Dat vereist 100$ en meer nog van de nu
beschikbare tijd. Scholing is niet verplicht, is door de heer
Adank gezegd. Hoe moet je daarmee omgaan? Ik moet U eerlijk zeg
gen, dat we dat eigenlijk nog niet zijn tegengekomen. We hebben
Inmiddels zo'n ^5 jongelui. Schrikt U niet, dat is toch een be
hoorlijk aantal en daarvan moet ik toch echt zeggen: die zijn
echt gemotiveerd, die willen wat. In het algemeen is die gemoti
veerdheid natuurlijk terug te voeren tot bereidheid om aan de
daarbij aangeboden scholing mee te participeren. Dat daarvoor
geen rijksbijdrage komt, is bijzonder triest. Via de samenwer
king met het Gewestelijk Arbeidsbureau zijn er niet onaanzien
lijke fondsen gevonden en dat zijn tenslotte ook rijksfondsen,
die op de een of andere manier via de reguliere bestaande onder
wijsinstellingen gedeeltelijk door de rijksoverheid worden gefi
nancierd. Zo wordt toch een weg gevonden om te voorzien in de
630