9 MAART 1987 66 P.v.d.A. kiest daarbij voor: sterk, maar selectief stimuleren van de marktsector, voor het met overheidshulp versterken van de positie van het midden- en kleinbedrijf, starters en met name projecten voor langdurig werklozen. Wij leggen daarbij uitdrukkelijk andere accenten dan C.D.A. en V.V.D. Ook kunnen we ons vinden in het feit dat de volgende zaken buiten beschouwing zijn gelaten: goede woningen, verantwoorde woonruimte en woonomgeving en een veilig milieu. Dat alles is in ieder geval belangrijk voor een goed leefklimaat. In die buurten waar de behoefte aan verbetering van dat leefklimaat het grootst is, zijn adequate welzijnsvoorzieningen ook essentieel. Het leefklimaat wordt vaak ook sterk bepaald door kleine criminaliteit. Waar nodig moet die kleine criminaliteit, die vaak kan leiden tot het recht van de sterkste, teruggedrongen worden. Ten aanzien van stedelijk beheer c.q. stedelijke vernieuwing zijn we ons inziens bij de begroting meer dan duidelijk geweest. Het wachten is nu op de toegezegde notitie, die er eigenlijk al geweest had moeten zijn. Wanneer komt die? Onderhoud en beheer van bestaande zaken wordt de komende jaren steeds belangrijker. Daar nu niet verder op bezuinigen kan onze instemming hebben. Dat geldt met name voor wegen, riolen e.d. Alsmaar vooruitschuiven helpt niet, bovendien is het ook werkgelegenheid. Onderhoud van woningwetwoningen is ook essenti eel, willen we betaalbare woningen in goede staat houden. De mogelijkheden voor onderhoud aan woningen van minder dan 25 jaar oud zijn marginaal. We dringen er bij het college op aan met andere steden aktie te ondernemen richting Den Haag om de onder- houdsmogelijkheden vergroot te krijgen. Waar is dan wel op bezui nigd? De bezuinigingsvoorstellen vallen in feite in drie grote groepen uiteen. A. Voorstellen die direct betrekking hebben op het apparaat van de gemeente, de ambtenaren, de huisvesting. B. Voorstellen die leiden tot een lastenverzwaring voor de bur gers van Breda. C. Het verminderen, c.q. sluiten of verhuizen van voorzieningen. Ad A: in onze nota, waar we het al vaker gehad hebben over werk gelegenheid in Breda, zijn we ook uitgebreid ingegaan op de rol van de gemeente als werkgever en op de taak van het gemeentelijk apparaat, de dienstverlening naar de burgers. We gaan er daarbij vanuit dat er zowel een technisch als een sociaal vernieuwend beleid moet komen. Technisch wil zeggen: automatisering, maar ook centralere huisvesting, waarin via korte lijnen en goede contacten, effectiever gewerkt kan worden. Sociale vernieuwing houdt voor ons o.a. in: een verdere uitbreiding van de medezeg genschap en voortdurende aandacht voor opleidingsmogelijkheden en functie-inhoud. Tegen deze achtergrond stemmen we in met het afronden van de reorganisatie met een concerndienst, met onderzoeken naar gezamenlijke huisvesting voor de diensten en het daarbij behorende onderzoek naar het afstoten van gemeentelijke panden. De hele huisvestingsoperatie is nog steeds erg vaag voor de raad. Wanneer is er meer informatie over die hele operatie te verwachten? De voorgenomen investering kan iets minder nu, maar is dit ook reëel? Wordt er straks gewerkt met een taakstellend budget? Duidelijk voor de P.v.d.A.-fractie is in ieder geval dat, als er straks afspraken over gemaakt worden,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1987 | | pagina 66