29 OKTOBER zei mij, dat in de bestedingsmogelijkheden, zoals in de wet op de stads- en dorpsvernieuwing omschreven staat, wel veel gere geld is, maar er nog veel ruimte gelaten wordt. Het project HABITAT heeft volgens de opstellers een educatieve waarde. Als je nou zo'n project wel ziet zitten en de bevolking er op voor bereidt met aan het project gekoppelde activiteiten die je dan in Breda laat plaatsvinden, dan kan dat van belang zijn voor de gemeentelijke activiteiten op stadsvernieuwingsgebied. Als je maar ruim genoeg interpreteert en de wil hebt er wat in te zien, dan zou je het project HABITAT kunnen onderbrengen in de finan ciering uit het stadsvernieuwingsfonds. Deze ruime opvatting hebben wij niet. De V.V.D.-fractie vindt ontwlkkelings-samenwer- king geen gemeentelijke taak en vindt dus ook niet, dat stadsver- nieuwingsgelden hieraan besteed moeten worden. Daarom zijn wij tegen dit voorstel. Mevrouw HEESSELS In tegenstelling tot de V.V.D.-fractie, is mijn fractie van me ning, dat het een goede zaak is, dat er op gemeentelijk niveau ook aan ontwikkelingssamenwerking gedaan wordt. Wij ervaren het wel als zeer educatief en positief, dat wij binnen Breda werken aan projecten zoals HABITAT. We worden geconfronteerd met proble men, niet alleen landelijk, maar ook binnen de stad. Op zich kan ik me best voorstellen dat iemand zegt: initiatieven moeten van uit de bevolking komen. Als je een project als HAEITAT opstart en met name ingaat op de educatieve aspecten die in dit project zitten, dan maak je de bevolking van Breda bewust van het feit dat ontwikkelingssamenwerking ook op gemeentelijk niveau belang rijk is. De initiatieven zullen op den duur wel vanuit de bevol king komen. Wij kunnen ons dan ook prima vinden in de uitgangs punten zoals die neergelegd zijn in deze notitie. Het is trou wens een hele duidelijke en goede notitie. Alleen en dat heb ik in de commissie ook gezegd, is het op zich gericht zoeken naar vergelijkbare groepen bij projecten voor ons niet zo'n bezwaar. We moeten er wel voor waken, dat het gericht zoeken andere bur gers van Breda, die wel interesse hebben in het project, niet buiten sluiten. Dat is een aandachtpunt wat we in ieder geval mee willen geven. Het aansluiten bij een bestaand project, vin den wij een goede zaak. Je hebt al een kern waar je omheen kunt gaan bouwen, waarop je je project kunt uitbreiden. Mevrouw Van Bergen zegt, dat het een rijkstaak is. In de notitie over de verdubbelingsconstructie staat, dat het door de rijksoverheid positief wordt gewaardeerd als ook de gemeente een bijdrage levert aan dit soort projecten. Het geeft aan, dat er toch een gemeentelijke taak is weggelegd. Een vraag die wij wel bij het voorstel hebben, hebben wij ook in de commissie gesteld. Als het bedrag vanuit de Bredase organisaties en instellingen echt heel hoog wordt, wat we natuurlijk hopen, in hoeverre kun je dan als gemeente meegaan met die verdubbelingsconstructie? De heer W. VAN DONGEN Vorig jaar, bij de algemene beschouwingen, heeft de heer De Zwart namens het C.D.A. gevraagd wat de mogelijkheden waren voor de gemeente om een bijdrage te leveren in het kader van het jaar van de daklozen en een bijdrage te leveren aan de HABITAT-projec- 670

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1987 | | pagina 670