19 NOVEMBER 1987 en dat je die zaak afwijst. Dat is een slechte zaak en ik zou graag zien dat het college de keuze die ze gemaakt heeft nog eens wil overwegen en er ruimte voor wil creëren. Ik zeg niet dat, als er een groep komt die met een bepaalde pedagogisch didactische benadering het peuterspeelwerk op wilt zetten, je dan moet zeggen: die wordt vooruit geschoven en die komt op de eerste plaats, verre van dat. Je moet de zaak gelijk afwegen en niet discrimineren en een bepaalde groep buiten spel zetten. Kan de wethouder daar in de evaluatie naar kijken en kan hij deze tijd gebruiken om het gesprek wat niet mogelijk is geweest, toch te houden. Wethouder VAN RAAK Het uitgangspunt van dit plan is de budgettaire neutraliteit. Er is indertijd een budget afgesproken. Er is bij de onderhande lingen rond de kadernota een x-bedrag voor de kinderopvang uitge trokken. U kunt dat bij de begrotingsbehandeling bevestigen. We hebben U laten weten dat we dat geld straks denken in te zetten bij de kinderdagverblijven. Dat geld zullen we alleen al nodig hebben om de REJ-projecten te kunnen handhaven. Voor wat be treft de peuterspeelzalen hebben we het duidelijk aangegeven: het zal zich budgettair neutraal moeten voltrekken. Met dit plan hebben we toch het een en ander weten te realiseren, nl. we heb ben de salarisstructuur verbeterd. We hebben het aantal betaalde uren ook vergroot. We denken een groter aantal kinderen te berei ken. Bovendien hebben we het reële aantal dagdelen van 106 naar 107 gebracht. Gegeven de budgettaire neutraliteit hebben we zo'n 4 5 zaken weten te realiseren, die als pluspunt kunnen worden genoemd. Het enige nadelige punt dat U hierin zult vinden, is dat het de kinderen niet meer toegestaan wordt om langer dan 2 dagdelen van de peuterspeelzalen gebruik te maken. Dat past in het rechtvaardige verdeelsysteem, dat we hieronder hebben moeten leggen. Dat rechtvaardige verdeelsysteem is noodzakelijk vanwege de relocatie-operatiedie hier duidelijk ingezet is en dus gerealiseerd wordt. Als de heer Garritsen zegt: "U breekt de bestaande stad af ten koste van de Haagse Beemden", dan is dat gedeeltelijk waar, omdat in feite de gebouwen niet af te breken zijn. Dat betekent dat het daar doorloopt. De heer GARRITSEN Dat is voor het college niet zo'n probleem. Wethouder VAN RAAK Ik wijs erop, dat we uitgaan van eenzelfde aantal kinderen dat zich in deze stad vestigt. De heer DERIJCKERE Ook van de kant van de P.v.d.A. is niet alles te plannen. Wethouder VAN RAAK Aanvankelijk zagen wij geen toename en in onze eerste versie van het spreidingsplan hadden we daarmee geen rekening gehouden. Door het feit dat de sociografische dienst de cijfers bijstelde, constateerden wij dat er tot 199^ 10? toename is van de 2 tot 3-jarigen. Dat betekent dat we met een A en een B model hebben 700

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1987 | | pagina 700