9 MAART 1987
75
hier buiten bespreking, niet omdat ze onbelangrijk zijn, maar
omdat het min of meer technische aanpassingen betreft. Ook over
de aanpassing van het woningaantal valt niet veel te vertellen,
behalve dan de opmerking dat het plezierig is bij alle negatieve
uitkomsten van de laatste tijd in de woningbouwontwikkeling, nu
eens een positief geluid te mogen vernemen. Ook het gegeven dat
aan incidentele loonkosten minder behoeft te worden uitgegeven
dan was geschat, zodat er ruimte ontstaat om in het kader van
het nieuw beleid iets te doen aan verbetering van de salaris
positie van het personeel, heeft onze instemming. Kom ik aan een
onderwerp waar ik wat langer bij stil wil staan en wat ik gemaks
halve de lastenverzwaringen voor de Bredase burgers noem. Ik
versta daaronder alle tariefsverhogingen, naast de al genoemde
o.g.b., waarmee de burgers vanwege de gemeente geconfronteerd
gaan worden. Dit zijn de precariorechten, het rioolrecht, het
reinigingsrecht, de volkstuinbijdrage en het inschrijfgeld bij
de S.W.B.. Voordat ik per onderdeel hier op in ga, wil ik er wel
op wijzen dat in zijn algemeenheid Breda met zijn tarieven, in
vergelijking met andere grote steden, een niet-onaardige midden
moter is. Het is dus zeker niet zo dat we praten over extreem
hoge tarieven, hoewel de vergelijking met de ons omringende
gemeenten dat soms wel eens doet vermoeden. Daarover hebben we
echter bij de begrotingsbehandeling al genoeg gezegd. Pakken we
de tarieven bij de kop, dan begin ik bij de precariorechten.
Voorgesteld wordt een verhoging van 15?, waar we op zich geen
moeite mee hebben. Wel is het wellicht zinvol op dit punt een
actievere voorlichting te geven, omdat zonder twijfel menig
Bredaas burger en bedrijf niet op de hoogte zal zijn van al die
zaken waarover precariorecht verschuldigd is. Een tweede, wat
ingrijpendere, verhoging betreft het rioolrecht. Daar wordt
voorgesteld gedurende 5 jaar per jaar per aansluiting de kosten
met f 5,te verhogen. Dit voorstel wordt niet gedaan om de
algemene middelen wat te verruimen, maar om de hoogst noodzake
lijke verbeteringen aan te brengen aan het rioolstelsel van
Breda. De gedachte dat het rijk in deze kosten zou bijdragen, is
door minister Nijpels nog zeer onlangs diep de grond ingeboord.
Breda zal dus voor zijn eigen onderhoudskosten moeten opdraaien.
Om bijzonder onplezierige en onwelriekende situaties te voor
komen, zal Breda snel iets moeten gaan doen aan zijn riolering.
Dat deze noodzaak ook nog een stuk werkgelegenheid kan scheppen
is mooi meegenomen. Hetzelfde geldt voor de ruimte die op deze
wijze ontstaat voor de aanpak van straten en wegen. Het reini
gingsrecht zal volgens het voorstel in 1990 met f 3,50 per
aansluiting omhoog gaan; in financieel moeilijke tijden een
acceptabele verhoging. Meer vraagtekens moeten op dit moment
geplaatst worden bij de uitkomsten van het overleg over de kos
ten van de percolaatzuivering op Bavel/Dorst tussen enerzijds
het Stadsgewest en anderzijds de GrontmijKunt U ons informeren
over de huidige stand van zaken? Welke gevolgen voor de hoogte
van het reinigingsrecht kan een en ander hebben? Omdat het
inschrijfgeld bij de S.W.B. al in de raadsvergadering van 26
februari j.l.aan de orde geweest is, resteert nog de verhoging
van de huurprijs van de volkstuinen. Wethouder Römkens heeft in
de laatstgehouden commissievergadering financiën op dit onder
werp een nadere toelichting gegeven. Ik heb de situatie als