30 NOVEMBER 1987
767
Ik heb er geen bezwaar tegen als U liederen ten gehore wilt bren
gen, want dan ben ik zelfs bereid om een gitaar mee te brengen.
Vanuit de C.D.A.-fractie is gevraagd om op korte termijn nog een
aanzet te geven voor de discussie over de bestuurscommissies.
Tijdens de onderhandelingen over het programma-akkoord is aan de
betreffende lijsttrekkers een nota van mij daarover ter hand ge
steld. Het college is gaarne bereid om die nota, na actualise
ring door het college, spoedig ter bespreking in de commissie
algemene zaken voor te leggen. Over de openbare orde en veilig
heid het volgende. We hebben in de afgelopen maanden met de open
bare orde en de criminaliteit in Breda de landelijke pers ge
haald, helaas In negatieve zin. Of de Bredanaars zo'n negatief
beeld over hun stad hebben als door de P.v.d.A.-fractie is ge
steld, is, naar Ik hoop, niet helemaal juist. Wel is het zo dat
buiten Breda een positiever beeld over Breda bestaat, hetgeen
moge blijken uit de voortdurende nieuwe vestigingen van bedrij
ven, instellingen en burgers in deze stad. Er zal natuurlijk
alles aan gedaan moeten worden om dat mogelijke negatieve beeld
te doen omslaan in een positief beeld.
De heer GARRITSEN
Waar is dat echt op gebaseerd? U heeft alleen Indrukken dat het
wel anders zal zijn als de PvdA-fractie vindt, maar het is
nergens duidelijk aangetoond. Ik benadruk zelf heel vaak de posi
tie van Breda ten aanzien van de criminaliteit; die springt er
toch uit bij andere steden. Dat Is niet alleen binnen maar ook
buiten Breda bekend.
De VOORZITTER
Ik geef dat graag toe, maar je kunt criminaliteit ook anders
formuleren. Als wij in dit verband daarover spreken, dan spreken
wij over werkdruk en over sterkte. De cijfers krijgen een meer
getalsmatige waarde dan een inhoudelijke. Dan kun je je afvragen
of 100 diefstallen van fietsen toch niet minder erg is dan één
moordpartij. In dat verband tellen wij de cijfers op van de in
put, zoals ze dat noemen, die de werkdruk bij de politie veroor
zaakt. Als de politie veel activiteiten heeft, dan wil het nog
niet zeggen dat wij een criminelere stad zijn dan andere steden.
Breda is nog altijd een stad waar het echt waard is om te leven.
Wat dat betreft besef ik ook, dat chauvinisme natuurlijk geen
zoden aan de dijk zet. We behoeven niet het welsprekend devies
te huldigen dat ik eens zag op een vaandel van een carnavals
kapel: "het is niks en het wordt niks".
De heer KOEKKOEK
Ik heb namens onze fractie alleen gewezen op het feit, dat een
aantal Bredanaars hun eigen stad bij tijd en wijle als onveilig
ervaren. Uit onze wijkbezoeken van de vorige jaren is het keer
op keer naar voren gekomen. Ik heb alleen daarop gewezen.
De VOORZITTER
Er zijn gevoelens van onveiligheid. U heeft letterlijk gezegd,
dat de Bredanaars een negatief beeld van hun stad hebben op een
bepaald onderdeel, naast een positief beeld. Ik ben het vol
strekt met U eens, dat het noodzakelijk is om aandacht te beste-