2 DECEMBER 1987
willen horen. Vla de t.v. van gisteren en de krant van vandaag
zijn we nogal geschrokken van de gevolgen voor leerlingen van
middelbare scholen, waarvoor op 1 december het schoolgeld niet
betaald is. Doen zich in Breda op dit moment deze problemen
voor? Is de wethouder daarvan op de hoogte of kan hij ons op een
ander moment daarover informeren? Het grote deel van onze algeme
ne beschouwingen had betrekking op de sociale dienst. Het is ver
heugend, dat er raadsbreed aandacht is besteed aan de verschrik
kelijk slechte positie van de mensen met een minimum inkomen,
maar het mag niet bij woorden blijven. Wij willen nu zekerheid
en wij willen niet wachten op de evaluatie die, als ik wethouder
Van Raak goed tfegrepen heb, ruimschoots toegezegd is voor de
Kadernota. Ik heb de agenda erop nageslagen en de vergadering
van de commissie sociale zaken over de Kadernota is al op 9
februari 1988 en het is nu 2 december 1987. Ik hoor straks wel
wat "ruim voor de Kadernota" betekent. Als wethouder Van Raak
zegt, dat het college de zorg voor de minima onderschrijft, dan
moet de wethouder dat niet aannemelijk maken door te verwijzen
naar de passage in de aanbiedingsbrief bij de begroting van de
G.S.D. Er staat alleen maar een heel vrijblijvend zinnetje, name
lijk dat een mogelijke reactie in de richting van de rijksover
heid zal gaan door hen erop te wijzen wat de gevolgen voor de
minima zijn. Wethouder Van Raak zegt, dat je het hele beleid
voor de minima in een totaalpakket van maatregelen moet bekij
ken. Dat is akkoord. De wethouder noemt de inkomenspolitiek om
te voorkomen, dat mensen beneden een verantwoord bestaansminimum
terechtkomen. Hij noemt een adequaat voorzieningenniveau om te
voorkomen, dat mensen sociaal geïsoleerd raken. Hij noemt de
bestrijding van de perspectiefloosheid op de arbeidsmarkt om een
goed voorzieningenniveau voor intreding en herïntreding te creë
ren. Ik zal deze drie invalshoeken in de komende maanden bij
hele belangrijke punten die wij nog gaan bespreken in zijn tota
liteit of in zijn samenhang met U kritisch bekijken en aan U
voorleggen als we bepaalde preadviezen gaan behandelen. Inzake
een aanvullend beleid ten gunste van de minima, vraagt de wet
houder zich af of dergelijke maatregelen niet ten nadele kunnen
uitpakken van de groep die net boven het minimum zit. Kan de
wethouder uitleggen wat hij daarmee precies bedoelt? Categoriaal
beleid zal niet worden geaccepteerd door de rijksoverheid, zegt
hij. Wij zijn bekend met de circulaires. Het zou misschien goed
zijn om binnen de Vereniging van Nederlandse Gemeenten of recht
streeks met de gemeenten die nu al bepaalde zaken uitgekristalli
seerd hebben, te kijken naar een koppeling met een bundeling van
die gemeenten die juist deze hele creatieve oplossingen aan het
onderzoeken zijn. De gemeente Den Haag gaat, voor zover ik de
zaak heb kunnen volgen, tot nu toe het meest ver. Eigen beleid
is, zo zegt de wethouder, een noodzakelijkerwijs additioneel
beleid. Natuurlijk, dat heb ik ook in mijn algemene beschouwin
gen gezegd. Het is alleen jammer dat de notitie, die de wethou
der diverse keren aanhaalde en ik vraag hem dadelijk nog om In
formatie daarover en de algemene beschouwingen elkaar gekruist
hebben. Daardoor zijn er waarschijnlijk een aantal overlappin
gen, maar ook een aantal nieuwe punten. In de notitie die de wet
houder gestuurd heeft en die hij in zijn beantwoording aange
haald heeft, zegt hij, dat de personele capaciteit op dit mo-
832
