2 DECEMBER 1987 852 doen, gebeurt op basis van mededelingen van het departement. Dat betekent dat anticipatie op dit beleid erg moeilijk zo niet onmogelijk is. Herhaaldelijk is van de zijde van Divosa aan de minister meegedeeld, dat deze vertraging in de ministerraad, dit stoeien tussen een aantal mensen, een vertragend effect heeft en zal hebben op de uiteindelijke definitieve betaalbaarstelling van deze uitkering. Uw wens om alle uitkeringen voor Kerstmis af te handelen, is uitgebreid onderwerp van discussie geweest. Wanneer we dat hadden willen doen, dan hadden op 3 december alle aanvraagformulieren binnen moeten zijn. We hadden dan tot 9 de cember de tijd gehad om ze te controleren en op 9 december had den we ze kunnen aanbieden aan het administratiekantoor. Op 16 december had dan begonnen kunnen worden met de uitbetaling. Dan nog heb je eventuele vertragingen van 16 tot 23 december, vanwe ge de drukte in het betalingsverkeer. De kans zat er in, dat iedereen het geld voor Kerstmis had gekregen. Welnu, 3 december was niet haalbaar; dat zal duidelijk zijn. Lang niet alle aan vraagformulieren zouden teruggekomen zijn of zelfs afgehaald zijn. Er zijn ook nog mensen, die voor het eerst een uitkering aanvragen. Dat is het probleem, vooral omdat pas gisteren be gonnen is met het versturen van de aanvraagformulieren. We had den ze op 3 december nooit terug kunnen krijgen. Wanneer we voor 9 december klaar hadden moeten zijn met het controleren en het verwerken, dan had de dienst een groot deel van zijn werkzaam heden gedurende twee dagen stil moeten leggen. Ik wil U wijzen >p de nadelige effecten hiervan voor de normale uitkeringen en net doorvoeren van eventuele mutaties. Dat kan dan niet. Het was onhaalbaar om alle uitkeringen te effectueren. Mevrouw PAULUSSEN Ik heb niet gesproken over uitkeringen, maar over voorschotten. Wethouder VAN RAAK W Lj wilden iets meer dan wat U wilde. Dat hebben we ook nog on derzocht, ik hoop niet dat U mij dat kwalijk neemt. Een voor- s hot uitkeren zou wel kunnen, dachten wij op basis van het da tebestand van 1986. Je zou een x bedrag, de P.v.d.A. noemt in haar motie een bedrag van 250,kunnen gaan bevoorschotten Er zitten enkele nadelen aan, die we uitgebreid hebben overwogen. Je benadert niet iedereen, omdat in 19 8 6 nog niet iedereen die in 1987 een uitkering zou krijgen aan bod kwam. Het f Ld komt op een fout adres. Die mogelijkheid zit erin, want er in verhuizingen geweest. Kortom, je hebt allerlei soorten aties en veranderingen van inkomens, waarmee je geen rekening :t houden. Dat betekent dat je een vorm van onzorgvuldigheid ij._akt. Het risico van een dergelijke bevoorschotting wil dus zeggen, dat je een onterechte betaling realiseert. Je betaalt teveel, want er is een groep die een kleiner bedrag krijgt dan bijvoorbeeld die 250,Je kunt straks met een terugvorderingsproblematiek komen te zitten waarvan je je kunt afvragen in hoeverre er nog terug te vorderen valt. Het risico is wat moeilijk te kwantificeren, maar wordt heel globaal inge- schft tussen de 100.000,en 200.000,als je uitgaat van een bedrag van 7 miljoen en 6000 uitkeringsgerechtigden. Ik moet U zeggen, dat er allerlei inspanningen door de dienst zijn

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1987 | | pagina 852