2 DECEMBER 1987 85^ realisering van de overdracht nog even op zich zal laten wachten. Dat vergt nog even tijd. Wel heb ik aangegeven, dat we overleg voeren met het ministerie. Er is in de pers gezegd, en die indruk wil ik wegnemen, dat het overleg niet constructief zou zijn. Er is zeker een constructief overleg geweest. We zijn van mening dat, als we schriftelijk de definitieve opstelling van het rijk hebben, wij dan pas daarmee naar U kunnen komen. Van die opstelling hangt af wat de toelatingsregel zal gaan worden en wanneer. Als er daarover meer duidelijkheid is, dan krijgt U nog voor het eind van het jaar het voorstel. We hopen meer duidelijkheid te hebben voor de raadsvergadering van I7 december, om de beheersovereenkomsten die we hebben met de Woningbouwvereniging Volkshuisvesting enige tijd te verlengen. Met welke termijn die overeenkomsten verlengd moeten worden, hangt ook af van het antwoord uit Den Haag. Er is gesproken over het aantal contingenten. Dat blijft een discussiepunt met de heer Garritsen en we hoeven de discussie niet over te doen. Het aantal contingenten blijft een moeilijk punt. Je zou in eerste instantie in Den Haag moeten bepleiten om extra contingenten voor Breda te kunnen krijgen. Het is zeker, dat tal van steden dat inderdaad iedere keer weer aankaarten. De V.N.G. doet dat zeker ook. In verband met de regionale volkshuisvestingscommis sie proberen wij binnen het stadsgewest die contingenten te krijgen. Dat is iets waarbij wij ons zeker niet zonder meer bij neerleggen, maar dat is iedere keer een discussie. Wat betreft de woonlasten heb ik uitvoerig aangegeven, dat het niet zo is dat er niets gebeurd is. Ten aanzien van de 100.000,die in het voorstel van 1985 staat, is op dit moment geen besteding aan de raad voorgelegd. In het jaar daarvoor is er ook 100.000, ter beschikking gesteld, waarmee zeker enkele plannen doorge licht zijn. Daarmee is ervaring opgedaan] er is zeker naar de plannen gekeken. Van de ervaringen die opgedaan zijn, is uit drukkelijk gebruik gemaakt. Mevrouw PAULUSSEN Die 100.000,hadden we dus niet ter beschikking hoeven te stellen Wethouder RATTINK Dat zeg ik niet. Ik zeg alleen, dat er wel ervaring mee opgedaan is. Voor de wijze waarop je de tweede 100.000,zou moeten besteden, zal binnen niet al te lange tijd een voorstel komen. U moet niet zeggen dat er helemaal niets aan die woonlasten gedaan is, want natuurlijk toets je plannen op een aantal zaken. De ervaringen die eerder opgedaan zijn, zullen daarbij zeker meespelen Mevrouw PAULUSSEN In de raad is uitdrukkelijk twee keer 50.000,en een keer 100.000,gevoteerd om een extra impuls te geven, om de woon lasten te verlichten. Ten aanzien van die drie punten is er niets gebeurd en daar blijf ik bij. Wethouder RATTINK

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1987 | | pagina 854