17 DECEMBER 1987 91^
het helemaal niet zo dat men elkaar zoveel nader komt. Er is po
litieke duidelijkheid nodig. Die willen wij U geven. Wij vinden
dat wanneer je dit project start, de huisvesting met name goed
geregeld moet zijn. Wanneer de corporaties een huis beschikbaar
stellen, dan moet je daarvoor garant staan. Dat is de priori
teit; doe je dat niet dan komt de opvang op de lange duur in de
knel. Wij hebben heel duidelijk vermeld, maar daarop bent U niet
ingegaan, dat de opvang niet alleen een kwestie is van de
S.V.B., maar ook van andere maatschappelijke instellingen die
inmiddels ervaring opgedaan hebben. Vanuit die gedachtengang zeg
ik U nog een keer, dat de ondersteuning aan de S.H.A.B. aange
haakt dient te worden. Iedere beheerder die met deze materie
bezig is heeft of krijgt in zijn takenpakket te maken met de di
recte opvang en met de begeleiding. Je hebt daarin een functie
te vervullen. Wij blijven dus onze standpunten handhaven over
waar we naar toe moeten en we delen Uw mening niet door te zeg
gen laat ze het maar uitzoeken.
De heer GARRITSEN
Er blijft een onduidelijkheid over de inzet van 20 uren parti
culier initiatief. Het is een slechte zaak dat er terug verwezen
wordt naar het particulier initiatief en dat ze het zelf moeten
uitvechten. Ik had het prima gevonden als je dat overleg aangaat
en de uitkomsten in de commissie meldt en daar een keuze maakt.
Nu weten we totaal niet hoe die middelen Ingezet gaan worden. U
zegt dat ze er samen maar uit moeten komen. Het zijn 2 stichtin
gen en het wordt toch een zaak waarover het college een besluit
moet nemen. Als ik kijk naar de S.V.B., en het takenpakket wat
zij op tafel gelegd hebben, dan is door niemand weerlegd, dat
daar een behoorlijke inzet nodig is, een beroepsmatige onder
steuning van de zijde van de Stichting Huisvesting Asielzoekers
Breda. Er is in mindere mate aangegeven hoeveel uur daarvoor no
dig is. Het is eigenlijk wel vreemd dat we een discussie in de
raad voeren, die eigenlijk met een zorgvuldige voorbereiding in
het besluit opgenomen zou moeten worden. We moeten maar akkoord
gaan, maar het is een moeilijke zaak. Enkele partijen hebben
volstrekt andere ideeën over de inzet. We moeten maar afwachten
wat het college en de stichtingen doen, en er bij de evaluatie
achter komen dat we het niet goed gedaan hebben.
Wethouder VAN RAAK
Ik neem de mededeling van mevrouw Van Beusekom voor kennisgeving
aan. Dat is mijn standpunt. Door anderen wordt het tegenoverge
stelde beweerd.
Mevrouw VAN BEUSEKOM-NIX
Niet door alle anderen.
Wethouder VAN RAAK
Niet door alle anderen maar door anderen.
Mevrouw VAN BEUSEKOM
Wel in belangrijke mate gesteund.
Wethouder VAN RAAK