9 MAART 1987
96
dit zeker ook te doen voor de emancipatie van etnisch cultu
rele groepen.
Over de heroverweging overheidsuitgaven het volgende. Interes
sant blijft de discussie waar de oorzaak ligt van de nieuwe,
noodzakelijke bezuinigingen: bij de huidige collegepartijen, bij
voorafgaande colleges of bij het rijk? Naar onze mening wordt
een discussie hieromtrent enigszins vertroebeld door opportunis
tische factoren, zoals verkiezingen en het niet willen terug
kijken naar het verleden. Naar onze mening is een complex van
factoren de oorzaak, waarvoor alle participanten, ook wij, in
mindere of meerdere mate verantwoordelijk zijn. Afgezien van een
dergelijke discussie is D'66 van mening, dat een verantwoord
financieel beheer nodig is en dat het niet past zaken vooruit te
schuiven of de verantwoordelijkheden af te schuiven. Nu geen
lijnen uit willen zetten voor de toekomst, gegeven de feitelijke
situatie, is een vorm van struisvogelpolitiek waaraan D'66 niet
mee wenst te doen. Wij zullen niet alle bezuinigingen door
lopen, maar in hoofdlijnen onze mening geven over de werkwijze
en slechts enkele punten nader belichten. In de commissies
hebben wij andere zaken ook al belicht. Bij de behandeling van
de begroting 1987 is door D'66 reeds aangegeven, dat voor het
uitzetten van de lijnen naar de toekomst het van belang is te
weten waar we met Breda naar toe willen op lange termijn: een
perspectief en een toekomstvisie voor Breda, ook te zien als
verfijning van het begrip stedelijk beheer. De voorzitter heeft
in zijn beantwoording het belang hiervan onderschreven. Deze
noodzaak voor een visie op lange termijn is des te dwingender
naarmate we activiteiten willen schrappen. Bij de HUG - opera
ties immers is vaak het verwijt gehoord dat een en ander ad hoe
was Ingevuld. De voor ons liggende "haast-klus" heeft voor
diverse sectoren hetzelfde ad hoe karakter: richtingen worden
aangegeven, opdrachten voor het vinden van bezuinigingen worden
opgedragen aan ambtenaren en taakstellingen vinden plaats. Voor
1988, het jaar waarop de kadernota oorspronkelijk van toepassing
is, wordt een tekort van f 1,5 miljoen gesignaleerd. Dat dit gat
moet worden gedicht is, gezien de uitgangsstelling van een
sluitende begroting, te begrijpen. Begrijpelijk is ook dat het,
In tijd, onmogelijk is alle voorstellen voor 1988 in het bredere
kader van het toekomstperspectief te plaatsen. Echter voor de
jaren daarna zal tijd moeten worden gevonden om aan dit bredere
kader gestalte te geven: wat willen we met de diverse sectoren,
wat zijn de consequenties voor het beleid en past dat binnen
onze gezamenlijke visie? De relatie met het programakkoord is
hierbij overduidelijk aanwezig. Inzicht hierin maakt de keuze
voor bezuinigen niet gemakkelijker, wel duidelijker. Het
overzicht van de heroverwegingen wil D'66 veeleer zien, zoals
het meer jarenplan-stadsvernieuwing, het vaststellen van de
eerstvolgende jaarschijf, alsmede de lijnen waarlangs gedacht
wordt voor de daaropvolgende jaren. Door het uitzetten van
lijnen kan het college, onderbouwd en met het aangeven van de
consequenties, naar de volgende jaarschijf toewerken; dit alles
binnen een visie die de politiek in Breda over haar stad moet
ontwikkelen. Het gaat niet aan deze visie aan het ambtelijk
apparaat op te dragen, zelf zullen wij moeten aangeven waarheen
