8 MAART 1988
127
hoogte van de rentevoet, het kabinetsbeleid met zijn effecten
voor de lagere overheid - wij zijn immers nagenoeg geheel finan
cieel afhankelijk van de rijksoverheid wat onze inkomsten en de
bezuinigingen daarop betreffen - maar ook onvoorzienbare risi
co's die zich plotseling presenteren; dat zijn elementen die een
effectief, inventief en flexibel beleid vergen. Een ander argu
ment is de positie van Uw raad. U wilt besturen op hoofdlijnen.
Die liggen onwrikbaar vast in het programakkoord en soms zelfs
tot in detail. Tegenstanders van gedetailleerde programakkoorden
stellen dan ook - zij het iets zwart-wit - dat in een zodanige
situatie de twee belangrijkste besluiten door de raad te nemen
in de eerste vergadering van de vierjarige periode vallen, name
lijk het vaststellen van het programakkoord en de benoeming van
de wethouders. Voor de rest van de vier jaar heeft de raad voor
al een controlerende functie, namelijk het bewaken van de uitvoe
ring van het programakkoord. Vandaar ook de periodieke rappor
tage "stand van zaken voortgang programakkoord 1986-1990". Het
enige onderdeel waar de raad weer echt beleid kan maken is de
ruimte voor nieuw beleid, doch dit is een marginale beleidsvrij
heid. Ik herinner U eraan dat die beleidsvrijheid betreft 1,3
miljoen structureel voor nieuw beleid en 1,7 miljoen eenmalig.
Dat is samen 3 miljoen op een totaal van 750 miljoen, dus
minder dan \lDe Kadernota is in mijn ogen dan ook - zoals de
heer Taks terecht constateert doch betreurt - een financieel-
technisch stuk. In deze opzet kan het ook nauwelijks anders.
Ware het een echte en integrale beleidsnota, dan kan ik mij ook
nauwelijks een Kadernota 1991 voorstellen, die in maart 1990 aan
geboden wordt, enkele weken voor de gemeenteraadsverkiezingen en
voor de onderhandelingen over het programakkoord 1990-199^. Wie
de behandeling van Kadernota's en begrotingen derhalve een enigs
zins saaie en weinig Inspirerende bezigheid vindt, bedenke dat
zulks de logische consequentie is van het sluiten van een gede
tailleerd programakkoord. U heeft zichzelf in 19 8 6 voor vier
jaar in de boeien geslagen. Een suggestie zou kunnen zijn om nu
- halverwege de rit - te evalueren en zich af te vragen of het
akkoord nog wel aansluit bij de eisen en noden van vandaag.
De heer GARRITSEN
Datgene wat U nu zegt over de kritiek van de deelnemende partij
en aan het college, doet U dat op persoonlijke titel of namens
het hele college?
De VOORZITTER
Ik heb in het begin gezegd dat het college kennis heeft genomen
van de wijze waarop de diverse fracties tegen de Kadernota aan-
klj ken
De heer GARRITSEN
Ja, maar U geeft zelf een heel sterk waarde-oordeel hoe U er
tegenaan kijkt. Is dat namens het college of op persoonlijke
titel?
De VOORZITTER
Ik heb U dat gezegd als voorzitter van de raad. Over het bestuur
lijk functioneren het volgende. Door D'66 zijn enkele aspecten