8 MAART 1988
130
teitscijfer dan in andere wijken, maar dat is niet het geval,
dan is het nog de vraag of die buurt met voorrang behandeld zou
moeten worden. Wij kunnen ons voorstellen dat een dergelijke
voorrangsbehandeling stigmatisering in de hand werkt en daardoor
wellicht zelfs een averechts effect heeft. Het is immers niet
ondenkbaar dat een wijk met een dergelijk stigma juist de crimi
naliteit zal gaan aantrekken. Een aanpak die enkel en alleen op
criminaliteitsvermindering gericht is, zou bovendien verschui
ving of verplaatsing van criminaliteit naar andere buurten kun
nen bewerkstelligen. De commissie "B.P.C." is daarom vertegen
woordigd in de werkgroep buurtbeheer die een brede aanpak be
helst waarin de preventie van veel voorkomende criminaliteit
ingebed zal worden. Dit geheel overeenkomstig het programakkoord
dat spreekt van een integrale buurtbenadering waarbij vandalisme
en criminaliteit zullen worden ingepast. Naar aanleiding van de
vragen over de besteding van de 100.000,voor nieuw beleid
ten behoeve van de werkgroep kan ik U mededelen, dat de beschik
bare 300.000,voor 1989 reeds waren gereserveerd voor de vol
gende projecten: voor verlichting structureel 56.000,het
HALT-vandalismepreventie-project 87.000,en het spijbel-
project 160.000,Dat impliceert dat de commissie bestuur
lijke preventie veel voorkomende criminaliteit ons geen voorstel
len voor 1989 kan doen waaraan financiële consequenties zijn
verbonden. Reden waarom de ophoging met 100.000,structu
reel, althans als U daaraan Uw goedkeuring hecht, zal worden be
steed aan nieuw beleid. Het verheugt ons dan ook ten zeerste,
dat het C.D.A. en de V.V.D. met ons beleid en de besteding van
de beschikbare financiële middelen zo van harte instemmen en
positief staan ten aanzien van de vooraankondiging om ook in
1990 de middelen nogmaals met 100.000,op te hogen. Over de
rampenbestrijding het volgende. Met de Nota Rampenbestrijding en
Civiele Verdediging is een begin gemaakt met het geven van in
zicht in het totale takenveld op dit gebied. Bij de behandeling
van de Kadernota in de commissie algemene zaken is toegezegd
dergelijke informatie periodiek aan de orde te stellen. Voor
zoveel mogelijk zal daarbij het door U gevraagde inzicht - te
weten de verantwoordelijkheden van andere overheden op dit
terrein en de financiële consequenties voor de gemeente - in de
vervolgnota worden opgenomen. Daarbij is op voorhand het volgen
de op te merken. Hoewel de rampenbestrijding - voor zover een
gemeentelijke taak - meer beslag op financiële middelen zal leg
gen dan in de tijd dat het bleef bij het uitspreken van de hoop
dat het nooit nodig zou zijn, ligt het accent ervan toch op de
organisatie. Dat wil zeggen: het van te voren op schrift stellen
van plannen van aanpak indien zich onverhoopt een calamiteit zal
voordoen. Op termijn zullen de kosten dan ook vooral in de perso
nele sfeer gezocht moeten worden. Bij het uit de mottenballen
halen van de rampenbestrijding zullen met name in de beginjaren
extra middelen nodig zijn. Het gaat daarbij om een aantal mate
riële voorzieningen en om het (opnieuw) opzetten van bepaalde
gegevensbestanden. Naar verwachting zullen daar echter op gemeen
telijk niveau geen "miljoenen" mee gemoeid zijn.
Wethouder SANDBERG