8 MAART 1988 137 leveren, nog los van de mogelijke gevolgen van departementale door te sluizen bezuinigingen via doeluitkeringen. Vanuit dit voorzichtig optimisme presenteert het college in deze Kadernota het financiële beeld, waaruit duidelijk zal zijn dat dat toch wel een afgewogen benadering is en zeker niet de door de P.S.P. gebezigde karikatuur: "de blik op oneindig en het verstand op nul" rechtvaardigt. In de richting van de V.V.D. wil ik opmerken dat de positieve bijstelling van de algemene uitkering niet te danken is aan een koerswijziging van de rijksoverheid, doch uit sluitend een technische herverdeling is binnen het bestaande fonds zelf. Met andere woorden, de positieve bijstelling heeft betrekking op gemeentelijke middelen, die voorheen via de ver fijning sociale structuur ook naar de gemeente gingen. Eveneens is door nagenoeg alle fracties ingegaan op de in de commissie financiën toegezegde actualisering van de risico's bij de begro tingsbehandeling 1989. Graag wil ik deze toezegging nogmaals herhalen alsmede plaatsen tegen de achtergrond waarin deze toe zegging beoordeeld moet worden. Er zijn enkele ontwikkelingen op korte termijn die het rechtvaardigen om bij de begroting 1989 een actualisering te presenteren. De verwachting hierbij is dat een aantal posten welke momenteel als risico zijn aangemerkt als definitief verlies kunnen worden afgewerkt. Hierbij is met name te denken aan het woningbedrijf, dynamische kostprijs en elemen ten van de grondbedrijfrisico's. Daarnaast zal bij de komende jaarrekeningen een optimale opschoning plaatsvinden van geblok keerde middelen in de algemene reserve en budgetegalisatiefond sen. Tevens zal op basis van de juni-circulaire een geactuali seerd financieel meerjarenperspectief kunnen worden gepresen teerd. Daarbij zal dan ook het eventuele effect, waarover ik het in mijn inleiding had, aan de orde komen. Op grond van de vooraf gaande actualiseringsoperatie kan, met inachtneming van de voor genomen beleidsontwikkelingen op diverse terreinen een zorgvul dige weging plaatsvinden van het voorgenomen beleid voor de res terende zittingsperiode van deze raad. Op basis van zo actueel mogelijke situaties willen wij dit presenteren bij de begroting 1989. Door de P.v.d.A. is nog specifiek gevraagd naar de haal baarheid van de bezuinigingsschijf 1989- Zoals met Uw raad is afgesproken, vindt periodieke evaluatie plaats van de voortgang van de bezuinigingsoperatie. Medio 1988 kan de eerstvolgende voortgangsrapportage tegemoet gezien worden. Op dit ogenblik zijn er geen aanwijzingen dat de voorgenomen bezuinigingen niet haalbaar zouden zijn. Met het C.D.A. ben ik van mening dat bij taakuitbreidingen of -inkrimpingen zowel de directe kosten als de indirecte kosten betrokken moeten worden. Graag wil ik toezeg gen dat bij nieuwe taken, maar ook bij het afstoten van taken ge tracht zal worden deze financiële berekeningsmethodiek te hante ren om op bedrijfseconomisch verantwoorde wijze ook naar de toe komst te werken. In de richting van de P.v.d.A. wil ik nog eens herhalen de toezegging en de mededeling vanuit de commissie fi nanciën, dat bij de presentatie van de begroting 1989 de analyse van de rekeningscijfers 1987 zal worden gepresenteerd. Nagenoeg alle fracties hebben gesproken over het minimabeleid waarop door wethouder Van Raak nader zal worden ingegaan. Wel heb ik er van uit de financiële optiek behoefte aan om nu reeds te constate ren, dat de door velen genoemde bedragen niet in overeenstemming

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1988 | | pagina 137