8 MAART 1988
1H8
van 200.000,b. jaarlijks een aanvulling te realiseren
afhankelijk van de uitputting van het fonds tot maximaal
300.000,ten laste van eenmalig; c. U jaarlijks een program
ma voor te leggen van maatregelen die wij ten laste van het
steunfonds denken te brengen. Over de aard van eventuele aanvul
lende maatregelen hebben we al een eerste gedachtenwisseling ge
had in de commissie en raad. Op dit moment is het college bezig
dit aanvullend beleid te formuleren, waarbij uiteraard alle door
de politieke partijen gedane suggesties overwogen zullen worden.
Het gemeentelijk minimabeleid, en dat is al vaker opgemerkt, be
perkt zich tot gemeentelijke mogelijkheden en tot geïndividuali
seerde maatregelen. Binnen deze marges streeft ons college naar
een zo optimaal mogelijke invulling. Met het treffen van maatre
gelen, waarvan het bijna zeker is dat die door de Kroon vernie
tigd zullen worden, bewijzen we niemand een dienst. Een enkele
spreker concludeert dat dit minimabeleid zeer mager is. "Een be
drag van 300.000,zouden we bij feestjes inzetten".
De heer GARRITSEN
U citeert het wel een beetje ruimhartig, maar dat was de inten
tie
Wethouder VAN RAAK
U las ook een beetje benepen, misschien was dat Uw intentie ook.
Dat kan de geachte spreker toch nauwelijks bedoeld hebben. In
z'n totaliteit kost het minimabeleid van deze gemeente een be
drag van 1,7 miljoen structureel. Daar komt nog eens bij
300.000,eenmalig, dat betekent dus voor 1989 2 miljoen.
Nog een onduidelijkheid wil ik rechtzetten en dat is de vraag
over het kwijtscheldingsbeleidWethouder Römkens heeft er al
het een en ander over gezegd. D'66 vroeg zich af of de verruimde
kwijtschelding het steunfonds onder druk zou kunnen zetten. De
kwijtschelding riool- en reinigingsrecht ingaande 1989 zal niet
ten laste komen van het steunfonds. Als met kwijtschelding be
doeld wordt de kwijtschelding van schuldenlasten dan menen wij,
op basis van ervaring gedurende 1,5 Jaar, dat het bedrag dat
nodig is voor gehele of gedeeltelijke kwijtschelding van schul
den binnen het steunfonds gevonden kan worden.
Mevrouw PAULUSSEN
Wethouder Van Raak noemt nu weer het bedrag van 1,7 miljoen.
Hij zou de fracties een kleine dienst kunnen bewijzen om een
specificatie van dat bedrag op papier te zetten en ons dat een
dezer dagen te doen toekomen. Ik heb onder de pauze een privé-
rekenles gehad van de heer Römkens. De opvatting dat dat ik niet
kan rekenen, werd een beetje teruggenomen.
Wethouder RÖMKENS
Dat heb ik niet teruggenomen. Ik heb bewezen dat ik gelijk had.
Ik heb het nu voor wethouder Van Raak op papier gezet.
Mevrouw PAULUSSEN
Ik dacht al wel dat je een spiekbriefje aan het maken was. Ik
zal toch in tweede instantie daarop terug moeten komen, want ik
dacht dat we op één lijn zaten onder de pauze. Los daarvan zou