10 MAART 1988 163 gen worden opgelegd zonder dat over de mogelijke invulling enige opheldering kan worden gegeven, eerder dan bij de begrotingsbe handeling 1989. Naar onze mening zou een dergelijk inzicht even tueel in rudimentaire vorm al bij de Kadernotabehandeling voor handen moeten zijn. Tussen de Kadernota in de huidige opzet en een integrale beleidsnota waarover U sprak, die ook door ons ze ker niet als wenselijk wordt gezien, bevindt zich een breed sca la van mogelijkheden. De V.V.D.-fractie pleit daarom nogmaals voor een uitbouw van de Kadernota tot een volwaardig beleidsstuk van meer dan alleen maar financiële aard. De correcties die vol gens het college moeten worden toegepast op het structurele over schot volgens het financieel meerjarenperspectief worden door ons met een uiterst kritisch oog bezien. De toevoeging van meer dan 400.000,door verlaging van de I.H.M.-post met hetzelfde bedrag blijven we ondanks de geruststellende woorden van het col lege riskant vinden. Wat betreft de aanpassing ten behoeve van de knelpunten in de welzijnssector zijn we overtuigd van de nood zaak tot de inzet van het structurele overschot voor dat doel. Onze vraag welke maatregelen genomen zullen worden als onver hoopt de financiële capaciteit verslechtert is echter onbeant woord gebleven. Gezien de aard van het nieuwe beleid dat volgens de Kadernota pagina 12 en 13 ook uit die structurele overschot ten wordt gefinancierd, zal in dat geval naar onze mening voor een hogere taakstelling voor de welzijnsdienst gekozen moeten worden. De V.V.D.-fractie voelt in elk geval niets voor afwente ling in de vorm van een algemene lastenverzwaring. In de commis sie financiën was al toegezegd dat bij de begrotingsbehandeling 1989 een actualisering van de risico- en reservepositie zal wor den gegeven. Juist omdat bij de Kadernota een dergelijk actueel inzicht behoort te worden gegeven en dit door omstandigheden bui ten de invloed van het college niet mogelijk was, hadden wij ge vraagd het geactualiseerde overzicht zo spoedig mogelijk en nog voor de begrotingsbehandeling te verstrekken. Daarom herhaal ik deze vraag nu. Wellicht is het mogelijk om, in elk geval de com missie financiën, zo snel mogelijk te informeren zodra het actue le beeld wat vaste vorm heeft gekregen. Verheugd zijn we over de toezegging van het college onze suggestie over de privatisering van het gehele N.A.C.-complex inclusief de bijvelden nog eens on der ogen te zien. Wanneer mag een al dan niet voorlopig stand punt van het college over dit onderwerp worden verwacht? We zijn er zeer mee ingenomen dat bij de invulling van de taakstelling van de sport- en recreatiesector nadrukkelijk rekening wordt ge houden met onze wens om tariefsverhogingen en subsidieverlagin gen bij voorkeur te vermijden en dat privatiseringsmogelijkheden in deze sector nader zullen worden bekeken. Over de contourenno ta voor de culturele sector heb ik in de eerste termijn niet ge sproken. Ik ging er vanuit dat het college zich goed wist te her inneren wat door ons bij eerdere gelegenheden over dit onderwerp is gezegd. Wij wachten thans de verdere procedure af. Voor het geval het college kort van memorie mocht zijn, wil ik nog eens herhalen dat de V.V.D.-fractie betreurt dat de uitwerking van de contourennota ter hand is genomen zonder dat de raad in de gele genheid is geweest over de hoofdlijnen een visie uit te spreken. Daardoor dreigt het gevaar dat de raad straks met een beleidsvi sie wordt geconfronteerd die niet is afgestemd op de financiële

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1988 | | pagina 163