30 MAART 1988
200
De heren Martens, Derijckere en Berkhout aanvaarden hun benoe
ming.
Akkoord.
55. BESTEDING MIDDELEN TER BEVORDERING VAN BEELDENDE KUNST OVER
1987 EN 1988.
De heer KOEKKOEK
Om aan te sluiten bij het kamerdebat van de afgelopen dagen, dit
voorstel brengt bijna een aanvaring te weeg tussen de wethouder
of het college en de P.v.d.A.-fractie. Aangezien we het doel van
het voorstel toch positief beoordelen, is het geen frontale bot
sing, maar een zij-aanvaring.
De heer GARRITSEN
Ik heb in de commissie geen enkele neiging tot aanvaring gezien
van de P.v.d.A.-fractie. Die fractie was zo unaniem voor dit
voorstel. Er is misschien één opmerking gemaakt. Ik verbaas me
compleet over dit verhaal.
De VOORZITTER
Zullen we terugkeren naar de Bredase politiek?
De heer KOEKKOEK
Ik dank de heer Garritsen, dat hij het fijn vindt dat ik het
woord voer. U zult merken, dat de kanttekeningen die ik hier
maak ook in de commissievergadering zijn gemaakt, alleen is de
toonzetting wellicht wat anders. Zo'n aanvaring kan toch de nodi
ge averij veroorzaken, temeer als het meer dan één keer gebeurt.
Op zich is het een goed initiatief, dat door slordigheid of door
enthousiasme niet door een raadsbesluit is gedekt. Breda krijgt
geld van de provincie voor de beeldende kunstenaars. Dit is voor
een deel als compensatie voor het wegvallen van de b.k.r. Omdat
het hier gaat om de inkomensproblematiek, komt er het idee op ta
fel om verkoop van kunstwerken te bevorderen door daarop een sub
sidie van 25? te geven. Dan ontstaan er twee problemen. De raad
heeft niet besloten het geld van de provincie niet daaraan te be
steden. Je zou kunnen zeggen, dat het budgetrecht van de raad
daaraan niet te pas is gekomen. Er worden meer subsidies gegeven
dan er geld beschikbaar is. Uiteindelijk blijkt het mee te val
len; er is f 25.000,teveel uitgegeven. In de commissie is
hierover uitgebreid gesproken. Toch heeft mijn fractie nog een
drietal vragen te stellen. U spreekt over een nieuwe regeling en
over een coördinatiecommissie. Hoe hard is die nieuwe regeling?
Mijn fractie kan het zich niet goed voorstellen, dat het lukt om
bij wijze van spreken la minute een overzicht van de gedane be
talingen te hebben en wel op zo'n manier dat dan gezegd kan wor
den, dat deze subsidie niet meer verstrekt kan worden omdat de
grens is bereikt. In de commissie heeft de V.V.D. de vraag ge
steld een onderzoek in te stellen naar de toekenning van de sub
sidies, omdat er wellicht op een "verkeerde" wijze daarvan ge
bruik gemaakt is. De P.v.d.A. heeft daarvan afstand genomen in
de commissie, omdat er geen bewijzen daarvoor waren.