28 JANUARI 1988 18 De heer GARRITSEN De toelichting op de nota van aanbieding behorende bij de begro ting 1988 - 1992 maakt melding van de voortgang van het zoge naamde deconcentratiebeleidDe plannen worden niet zodanig ont wikkeld zoals het college en een aantal partijen in deze raad mogelijk gewenst hadden. Drie Koningenoord zal moeten worden af gebouwd. In het kader van het spreidingsplan zullen er locaties aangelegd moeten worden in de omliggende gemeenten. Het probleem wat zich nu voordoet, is eigenlijk hetzelfde probleem wat zich voorgedaan heeft toen we een ander beleid hadden ten aanzien van woonwagenbewoners, namelijk het tegenovergestelde beleid, het concentratiebeleid. Het beleid wordt gevoerd over de hoofden van de woonwagensbewoners heen. Toen heeft het zogenaamde concentra tiebeleid geresulteerd in een volstrekt fiasco. Er zouden 52 grote regionale centra gerealiseerd dienen te worden; er zijn uiteindelijk 20 centra gerealiseerd. Een verbetering van de posi tie van de woonwagenbewoners heeft niet plaatsgevonden. Integen deel, door de vele acties die gevoerd zijn is dat beleid omge bogen. Nu wordt er keihard door de rijksoverheid gezegd: "we gaan deconcentreren" en de lagere overheden doen daar vrolijk of minder vrolijk aan mee. Ook hier wreekt zich dezelfde fout, die in het verleden gemaakt is. Het deconcentratiebeleid wordt over de hoofden van de woonwagenbewoners heen vastgesteld en bepaald en zij moeten eigenlijk het geheel maar slikken. Ik wil twee knelpunten noemen. Inzake de aanleg van standplaatsen in de randgemeentes is het op dit moment zo dat we 35 standplaatsen hebben. De standplaatsen zijn op papier afgerond, maar er Is geen enkele gegadigde voor op dit moment. In een andere situatie staan in een aantal gevallen gerealiseerde locaties leeg. Op dit moment gaat het om een 13-tal plaatsen. Er is geen belangstel ling van woonwagenbewoners uit Breda om daarnaar toe te vertrek ken en de plaatsen blijven leeg. Dat geeft aan in welke situatie je je bevindt en ik vraag me af of we nu blindelings het beleid wat door het rijk gemaakt wordt zo verder uit moeten voeren. Moeten we niet eerst serieus overleggen met de woonwagenbewoners en met hen het beleid verder vorm geven. In het overleg met de woonwagenbewoners zou je kunnen praten over de knelpunten bij verplaatsing. Dat kan naar mijn mening en naar de mening van de P.S.P. slechts in overeenstemming zijn met de betreffende woon wagenbewoners. Het is de enige groep in ons land waarvoor we een regeling getroffen hebben en bij wie we een verplichte verhui zing buiten Breda kunnen afdwingen. Bij geen enkele bevolkings groep in ons land hebben we dat. We moeten dit beleid wat dat punt betreft bij stellen. Je kunt het deconcentratiebeleid pas voeren als de mensen bereid zijn vrijwillig, en daarover mag je best praten, naar die plaatsen te gaan. Het is zinloos om loca ties te blijven aanleggen en te realiseren, terwijl de woonwagen bewoners niet daarnaar toe willen. Als het prioriteit heeft in het beleid, althans op papier, om het welzijn van de bewoners te verbeteren dan kun je dat niet afdwingen middels gedwongen verhuizing. Je moet niet nogmaals de fout maken uit het verle den, namelijk dat door politiegeweld de woonwagenbewoners de grote kampen ingedrongen zijn en dat we straks met politiegeweld de grote kampen weer moeten ontruimen, om die mensen verplicht naar andere locaties te verplaatsen. Die dreiging moet je weg

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1988 | | pagina 18