26 MEI 1988
Na de uitgebreide besloten commissievergadering en het openbare
gedeelte wat daar op volgde, heb ik geen behoefte om nog uitge
breid in te gaan op de aanbeveling van het college. Ik heb
slechts een paar opmerkingen die U kunt opvatten als een stemver
klaring. De procedure is naar het oordeel van mijn fractie een
goede procedure geweest die correct is afgewerkt. De fractie
voorzitters hebben van tevoren meegesproken met het vaststellen
daarvan en hebben ook een rol gespeeld in de hele procedure. Wij
zijn daarover tevreden. Niet tevreden zijn wij over het uitlek
ken van een vertrouwelijk stuk, waarin een groot aantal namen en
kwalificaties van de personen worden genoemd. Dat vinden wij een
ontoelaatbare schending van de privacy van de kandidaten. Wij
wijzen dat volstrekt af. U bent met een voordracht gekomen en ze
ker na de besloten commissievergadering is de P.v.d.A. van me
ning dat wij U voordracht kunnen volgen.
De heer SINKE
In de vergadering van loco-burgemeester Sandberg met de fractie
voorzitters op 28 januari van dit jaar zijn procedure-afspraken
gemaakt over de werving en selectie van een nieuwe gemeentesecre
taris. Duidelijk is toen geworden op welke wijze de aanbeveling
van het college tot stand zou gaan komen. De letterlijke tekst
luidt: "Het college bepaalt de uiteindelijke volgorde bij de
vaststelling van het raadsvoorstel, dit na weging van de kenbaar
gemaakte voorkeur door de inspraakcommissie en de fractie-voor
zitters". De drie betrokken commissies hebben gesprekken gevoerd
met de na de eerste schifting resterende zes kandidaten. Dat de
ze drie commissies daarbij niet geheel op dezelfde lijn bleken
te zitten hoeft geen verwondering te wekken. Integendeel, het
zou een regelrecht wonder zijn geweest als dezelfde kandidaten
als de beste tevoorschijn zouden zijn gekomen. Waar het om gaat
is of de aanbeveling van het college blijk geeft van een afgewo
gen oordeelsvorming en of de kandidaten, met name de eerste op
de aanbeveling, gezien kunnen worden als de beste voor de gemeen
te Breda en dat bezien vanuit de drie verschillende invalshoe
ken, namelijk college, personeel en raad. Het C.D.A. is van me
ning, dat door het maken van die afwegingen terecht de heer Van
Veen als de meest geschikte kandidaat voor Breda gepresenteerd
wordt en spreekt in hem het volle vertrouwen uit. De helaas opge
treden onregelmatigheden en ik doel daarmee op de zeer onwense
lijke publiciteit van de laatste weken, kunnen en zullen hieraan
zeer zeker niets veranderen. Wij zullen dan ook niet meewerken
aan het beschadigen van personen en wij hopen dat ook andere par
tijen de privacy-bescherming in acht zullen nemen. Een nieuwe ge
meentesecretaris verdient het om een positieve start te kunnen
maken.
De heer TAKS
De V.V.D.-fractie heeft met enige voldoening vastgesteld, dat
met betrekking tot het benoemen van een nieuwe gemeentesecreta
ris een procedure is gevolgd die zich in gunstige zin onder
scheidt van de gang van zaken bij de benoeming van de vorige se
cretaris. In 1983 werd de raad door het college volledig voorbij
gelopen en voor een voldongen feit geplaatst. Nu is de raad via
de voorzitters van de raadsfracties vanaf de voorbereiding van
268