28 JANUARI 1988 30 heeft opgemerkt, dat geen structurele kosten uit het meerjaren plan stadsvernieuwing mogen worden genoemd. U geeft als voor beeld de inzet van de post archeologie, maar dat geldt ook voor welzijn en voor de projectgebonden inzet bij openbare werken. Als we kijken naar de hardheid van de schijf in 1988, dan vragen wij ons af in hoeverre dat juist is. Kijken we bijvoorbeeld naar de Nieuwstraat, dan weten we dat de ontwikkelingen daar alleen mogelijk zijn als een aantal andere zaken in die buurt op dat moment opgelost worden. In hoeverre is dat nu duidelijk en in hoeverre wordt die hardheid ons nu geboden? Ten aanzien van de schijf 1989 vragen wij ons af in hoeverre de daarin opgenomen projecten reeds hard zijn. Als voorbeeld noemen we de Gedempte Haven. In hoeverre staan de hierin opgenomen projecten nu vast of moeten we daarvoor, wanneer in mei of juni het nieuwe meer jarenplan in een werkelijke procedure komt, nog harde onderbou wingen leveren? Wanneer komt die onderbouwing en wanneer is dat in de commissie bespreekbaar? Ten aanzien van het preadvies heb ik nog een opmerking. U zegt dat ten aanzien van 1987 het te in vesteren bedrag na 1989 gaat van f 17 miljoen naar f 9 miljoen. Ik moet constateren, dat de jaarschijf van 1987 gebaseerd is op het meerjarenplan 1987/1991, namelijk een bedrag van iets meer dan f 9 miljoen met een rijksbijdrage van f 8,9 miljoen. De rijksbijdrage is omhoog gegaan. Ik neem aan dat de f 17 miljoen gebaseerd is op de jaren 1986 en 1987 en niet alleen op het jaar 1987, zodat er een wat reëler beeld is dat op ongeveer hetzelfde niveau zit als in 1987. Ik heb nog een opmerking over de jaar schijf 1988. Bij een van de volgende projecten, waarop we later op de avond nog terugkomen en waarop we bij de bespreking van de projecten afzondelijk nog zullen terugkomen, heeft het college besloten dat bij de besteding en bij de besluitvorming over de besteding steeds aangegeven zal moeten worden op basis van welk project en tot welk maximum bedrag de uitgave gedaan wordt. V/ij nemen aan dat dat voor 1988, voor de hele jaarschijf steeds van toepassing zal zijn. Dat zal ook voor de projecten, die later op de avond nog op de agenda staan, gelden, neem ik aan. Wij wach ten de beantwoording met belangstelling af. Mevrouw VAN BERGEN-NIJEHOLT We hebben in de commissievergadering hieraan bijna een hele avond besteed en dat is wat mij betreft in hoofdlijnen al vol doende. Ik heb nog wel enkele vragen en opmerkingen. Het meer jarenplan behelst de jaren 1988/1992. Eigenlijk behelst het de jaren 1988 en 1989 en we weten allemaal waarom de andere drie jaren er in dit overzicht niet bij zijn, namelijk om het rijk de gelegenheid te geven een landelijke evaluatie te doen. Er wordt iets veranderd in de op te knappen woningbestanden, met name de na-oorlogse hoogbouw tot i960. De stadsvernieuwing is in de aan gewezen gebieden al een eind op dreef en nadert voor verschillen de gebieden de voltooiing. Nu wordt voorgesteld om meer gebieden aan te pakken en dan met name wat kleinere stukken daarvan, maar wel in de gehele stad. Ik vond in het plan terecht de retorische zin: "de gemeente heeft als taak de volkshuisvesting in de hele stad te verzorgen". Een kanttekening heb ik in het plan bij de bedragen die er voor de personele ondersteuning staan. Ik vind die bedragen erg hoog. Meer dan f 2 miljoen aan personele onder-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1988 | | pagina 30