1 SEPTEMBER 1988 385 de Bredase gemeenschap heeft gedaan. Ik hoop dat U ook van Uw kant met genoegen op deze periode terugziet. Ik dank U zeer. De heer GOOS Graag wil ik als nestor van de raad een kleine bijdrage leveren aan het afscheid van Loek van de Casteel. Bewust zeg ik een klei ne bijdrage, omdat het zeker niet de wens is van Loek om er op dit moment teveel aandacht aan te schenken. Anderzijds is het voor mij ook wat problematisch om voor iemand die nog maar zo kort, eigenlijk veel te kort, deel heeft uitgemaakt van deze raad een passend afscheidswoord uit te spreken. Naar buiten toe is col lega-raadslid Loek een bescheiden en wat stil persoon. In werke lijkheid is hij iemand die hard werkte voor al datgeen waarvoor hij stond. Ik noem de commissie algemene zaken waar hij met veel vreugde en inzet de problematiek die daar aan de orde kwam aanpak te. Het was dan ook niet verwonderlijk dat hij, in een van de raadsvergaderingen na de beëdiging op 29 april 1986, namens zijn fractie het woord voerde inzake het voetbalvandalisme"Met alle ons ten dienste staande middelen moet dat worden bestreden", zo sprak hij. De Algemene politieverordening kende hij bijna van bui ten. Hij maakte zich grote zorgen over de drugsproblematiek en de hulpverleningsorganisaties. Wat kun je er aan doen en hoe kunnen we effectieve maatregelen nemen? De subsidie-aanvrage voor het justitieel klachtenbureau had ook zijn aandacht. Zelfs als man van de parketpolitie in het nieuwe gerechtsgebouw kon hij als be scheiden persoon actie voeren door simpel een brief te schrijven. Het onderkomen daar ter plaatse waar Loek zijn werkruimte c.q. verblijfsruimte had was verstoken van daglicht, maar de ramen zijn er gekomen. U ziet, het hoeft niet altijd met geweld of gro te tam tam te gaan, zeker niet in een gerechtsgebouw. Graag had ik en met mij velen, Loek nog langer in deze raad gehad, maar hij zet er nu een streep onder. Dat is zijn keuze en wij moeten daar respect voor hebben. Wonend in de Namenstraat in Breda-Noord met zijn vrouw Jeanine en kinderen zul je kunnen terugzien op een wat korte maar zeker waardevolle raadsperiode, waarbij duidelijk ge worden zal zijn dat het combineren van activiteiten niet altijd gemakkelijk is. Tot slot een passend cadeau. Een liefhebberij van Loek is zelf bier brouwen. Mij is niet duidelijk geworden of hij het ook drinkt, maar dat lijkt mij een logisch gevolg. Hij heeft belangstelling voor buitenlandse bieren. Daaruit hebben wij als collega-raadsleden een kleine greep gedaan. Het andere geschenk dat ik je graag wil overhandigen neem dat maar mee naar huis en maak daar gebruik van met Jeanine. Het ga je goed. Dank je wel. De heer VAN DE CASTEEL Ze zeggen wel eens dat de politici niet optimaal geïnformeerd zijn, maar dit bewijst wel het tegendeel. Ik sta er nog steeds van versteld waar mijnheer Goos zijn informatie allemaal vandaan haalt. Dat is natuurlijk een compliment voor hem. Ik ben erg blij met het cadeau, want het past precies in mijn straatje. Het is me op het lijf geschreven. Ik ben toch wat overdonderd door de vrien delijke woorden die mij toegesproken zijn. Het is inderdaad zo dat afscheid nemen van iets, waar je eigenlijk met hart en ziel bij betrokken bent, niet meevalt.Maar het is, zoals we vaak in de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1988 | | pagina 385