28 JANUAP.I 1988 38 voorstel over alle financiële afrekeningen en vanzelfsprekend kunnen we dan ook spreken over zaken die gerealiseerd zijn. Over de aansluiting met de bedragen/de opzet van het meerjarenplan het volgende. Dit keer is gepoogd, en dat is inderdaad een an dere opzet dan eerder, om niet met allerlei algemene termen als brandhaarden etc. te komen, maar veel meer toe te rekenen naar de diverse projecten. Ik kan begrijpen dat U er heel wat moeite mee heeft gehad om tot die aansluiting te komen, maar ook dat zal zeker in een volgend plan duidelijk zijn. Op het Luxor en de Boschstraat komen we later terug. Hopelijk hebben we bij een volgend plan een helder beeld naar de toekomst toe. Over de be dragen voor Zandberg-west heb ik gezegd, dat het bedrag niet over is. Het is aan andere zaken besteed, maar dat heeft U zelf besloten, bijvoorbeeld de bodemsanering Oranjeplein. Daarop ko men we bij de afrekening uitvoerig terug. Hoe hard is de schijf 1989 en hoe zit het met de Gedempte Haven? Bij de binnenstads nota en de schijf 1989 komen we daarop uitvoerig terug. Dit zijn duidelijk indicaties, maar wat de Gedempte Haven betreft liggen er eerdere uitspraken. De raad zal daarover nog moeten besluiten bij de behandeling van de nota binnenstad en ook definitief bij het volgende plan. In de commissie hebben we het gehad over de aanschrijvingen voor de particuliere woningverbetering. Dat zijn uiteindelijk niet zulke grote aantallen, maar je moet het beleid ten aanzien van aanschrijvingen ook zeer preventief zien. In die zin werkt het natuurlijk wel. We hebben gezegd, dat we bij de beleidsnota van bouw- en woningtoezicht daarop ook terug zullen komen. De f 1.500,per buurt wordt al jaren in het meerjaren plan meegenomen. Ik weet niet precies hoe die verslaglegging gaat, maar ik zeg U toe om dat ter visie te leggen. Mevrouw VAN BERGEN-NIJEHOLT Ik had de indruk dat de toezegging in mijn richting was. Wethouder RATTINK De f 1.500,per buurt zit al jaren in het meerjarenplan. Ik weet alleen niet precies hoe de terugkoppeling en de verslagleg ging geregeld is, maar in principe zeg ik U toe om die ter visie te leggen. Ik moet eerlijkheidshalve bekennen, dat ik inzake het bedrijf en de milieu-eisen niet precies weet waarop U doelt. Wan neer je in de stadsvernieuwing praat over het bouwen van wonin gen, dan komen vanzelfsprekend dat soort zaken aan de orde. Mis schien weet mijn collega van milieu exact over welk bedrijf U het heeft, maar anders zal ik daarop in de commissie terugkomen. Wat betreft de opmerkingen van de heer De Bruijn over de locomo tief en het stedelijk beheer, heb ik aangegeven hoe je een aan tal zaken naast elkaar zal moeten zien. Het geeft ook aan dat, als je praat over de stadsvernieuwing na de jaren 1990, er dui delijk een aantal zaken zijn die om stadsvernieuwing vragen. Ik heb daarbij ook aangegeven, dat er veel meer projecten zullen zijn. De heer DE BRUIJN Ik kan me voorstellen dat het stadsvernieuwingsaspect binnen het stedelijk beheer niet op dezelfde wijze gaat. We moeten wel op passen, dat we in de toekomst niet alles naast elkaar laten lo-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1988 | | pagina 38