17 NOVEMBER 1988
De heer H. VAN DONGEN
Om misverstanden te voorkomen, door het niet als schokkend en
niet als spectaculair te kwalificeren, heb ik zeker niet bedoeld
dat het geen prima voorstel is en dat het niet onze waardering
zou hebben.
De heer GARRITSEN
Nog één opmerking wat ook politiek soms over deze zaak gedacht
wordt. Met name in het F.N.V. is het heel duidelijk dat de stro
ming heel sterk is dat we prestatiebeloning moeten afwijzen. Die
richting moeten we niet op. Daar kan ik me heel goed in vinden
en ik heb ook argumenten aangegeven waarom dat zo zou moeten. Ik
heb nog een heel klein vraagje.
De heer H. VAN DONGEN
Is mijnheer Garritsen ervan overtuigd dat de totale F.N.V. dit
standpunt heeft?
De heer GARRITSEN
Ik heb onlangs nog een hele uitvoerige discussie gehoord op tele
visie met een vertegenwoordiger van de F.N.V. die het standpunt
vertegenwoordigde dat je op deze wijze niet een personeelsbeleid
diende te voeren, maar dat het op een andere manier moest. Zelf
lid zijnde van het F.N.V. ken ik die discussie maar al te goed
en ik ben blij dat het grootste gedeelte van de F.N.V. en het
F.N.V.-standpunt in die lijn zit. In de toelichting wordt ver
meld dat de doelgroep waarop deze regeling betrekking heeft niet
geldt voor het executief politiepersoneel, maar voor het ander
politiepersoneel wel.
De VOORZITTER
Ook niet
De heer GARRITSEN
Dus dat betekent dat de korpschef hier geen enkele bevoegdheid
in heeft?
De VOORZITTER
Dat is een andere conclusie.
De heer DE LEEUW
U heeft in februari voldoende informatie om te gaan evalueren.
Dat betekent in feite twee maanden ervaring. Wij vinden dat zeer
kort. We begrijpen dat dat snel moet gebeuren, omdat het ook
weer in het georganiseerd overleg moet en dat de vakantieperiode
er tussen zit. Wij vragen ons af of twee maanden voldoende is.
We hebben gevraagd om naar twee kanten van de ervaring te kij
ken; de ervaring van degenen die beoordelen en van degenen die
beoordeeld worden en om dan zo snel mogelijk in te springen op
de problemen die daaruit voortvloeien.
Wethouder SANDBERG
Het is mijn ervaring dat er vele gemeenten over deze problema
tiek aan het praten c.q. aan het studeren zijn. Er zijn nog niet
zoveel gemeenten die het feitelijk al hebben ingevoerd, dus geö-