17 NOVEMBER 1988 477 het triest, dat degenen die milieubewust handelen en niet vervui len toch moeten meebetalen aan de totale kosten. Dat is het sys teem waarin wij nu hier zitten. Het lijkt mij bijzonder moeilijk om dit uit te sluiten. De heer Garritsen zei ook, dat de verho ging van het reinigingsrecht geen stimulans is voor de mensen die weinig aanbieden. Als dat het geval zou zijn moet het reini gingsrecht nog meer verhoogd worden, want het gaat er juist om dat ze wel veel klein chemisch afval aanbieden. De heer GARRITSEN Als je mogelijkheden aanbiedt om het afval gescheiden in te zame len, dan is het prima dat mensen dat doen, maar het kan ook een stimulans zijn dat makkelijker die produkten gekocht worden, om dat men er minder kritisch naar kijkt. Wethouder RöMKENS In ons systeem is het nagenoeg niet mogelijk een verfijning aan te brengen naar rato van het aangeboden huisvuil. Ik ben het met U eens dat dat op zich geen stimulans is. We zullen het dus moe ten hebben van de educatie en de voorlichting om iedereen er zo veel mogelijk van te overtuigen om aan de scheiding aan de bron invulling te geven. Als we dat voor elkaar krijgen betekent dat wel effect op de reinigingsrechten. Naar mate er meer gescheiden aan de bron wordt aangeboden van hoogwaardige kwaliteit wat recyclebaar is betekent dat, dat we daar een vergoeding voor krijgen. Wordt er minder aangeboden, dan moet er minder verwerkt worden, waardoor de verwerkingskosten lager worden. Hierdoor wordt dan ook het reinigingsrecht lager. Dat moeten we met z'n allen doen. Het statiegeld is inderdaad niet in overweging geno men. De box is aan huis gekoppeld. Wij als publiekrechterlijke overheid beschouwen de milieubox samen met de minicontainer als een element van onze publiekrechterlijke taak. Elk huishouden krijgt het aangeboden, dat is niet afhankelijk van het statie geld, maar los van de perceptiekosten die eraan verbonden zijn. Elke box is net zoals de minicontainer aan het huis gekoppeld. Een minicontainer kan je minder makkelijk mee verhuizen als een kleine box, maar we moeten duidelijk tegen de bewoners zeggen wat hiervan de bedoeling is. Ik ga ervan uit dat 991 van onze Bredase burgers daar gevoelig voor is. Met betrekking tot de proef over heel Breda of niet dachten wij, dat er voldoende ba sis was om dit plan in zijn totaliteit in te voeren. Wat betreft de kwijtschelding is het niet goed om daar bij dit voorstel op in te gaan. Wat betreft de productie en de vervuiling heb ik in de commissie gezegd, dat ik het eens ben met het feit dat er ten onrechte een hele hoop zaken ons worden aangeboden, waardoor af val ontstaat wat overbodig is. Dat ligt in de sfeer van de produ cent. We kunnen als consument die dingen niet kopen waar onnodi ge of milieu-onvriendelijke verpakkingen bij zit. Dat betekent dat we daarop allert moeten zijn als er alternatieven zijn. Aan de andere kant is het niet de taak van een gemeentelijke over heid om op dit terrein maatregelen te nemen. Wij kunnen lande lijk niet het statiegeld gaan invoeren, maar wij kunnen wel in onze hele voorlichting meenemen, dat men bewust is van wat men koopt. Ik kan er ook niets aan doen dat als ik vier kopschroef- jes nodig heb, ik twee doosjes van drie moet pakken, waarvan de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1988 | | pagina 477