28 NOVEMBER 1988
578
worden. Het college stelt voor de motie van de P.S.P. af te wij
zen
De heer GARRITSEN
Waar het met name om ging was, dat wij als commissie gevraagd
hebben hoe het met die accommodatie stond. Daar zouden we in ge
kend worden en er blijkt ondertussen een brief uitgegaan te zijn
op 7 oktober 1988. Daarin wordt iets anders gezegd dan wat U nu
stelt. Het is een brief van het college, waarin gezegd wordt dat
het niet mogelijk is om in de Hoge Vucht een wielerbaan aan te
leggen, omdat er zich geen ontwikkelingen voorgedaan hebben. Be
doelt U daarmee te zeggen dat dan een claim in het college niet
doorgegaan is? Zij vragen de Wielervereniging in de brief om
toch overleg te hebben over die zaak. Het punt waar het mij met
name om gaat is dat voordat dit soort brieven uitgaan de commis
sie wordt geïnformeerd wat er bekeken is en hoe de gang van za
ken is. Dat is niet gebeurd, het is allemaal binnen de kamers ge
bleven. Dat is niet Uw schuld, tenminste ik neem niet aan dat 7
oktober
Wethouder ADANK
Jawel, U kunt goed rekenen. U mag niet suggereren dat die zaken
niet in de brief van het college staan. Je kunt op dit moment ge
tuigen van een bijzondere vorm van tekstanalyse, maar die kan
het college er niet uithalen op grond van de reële gegevens die
in de brief gesteld zijn.
De heer GARRITSEN
Ja, maar gaat U dan toch eens door over datgene wat ik stel in
verband met het niet informeren van de commissie.
De VOORZITTER
U heeft nog een tweede instantie.
De heer ADANK
De heer Koekkoek sprak over het zwembadenbeleidOm een visie te
ontwikkelen omtrent het gemeentelijk beleid voor de zwembaden in
de jaren negentig, wordt door de dienst welzijn op dit moment
een discussienota voorbereid. Zoals met de commissie cultuur,
sport en recreatie is afgesproken zal deze discussienota begin
1989 worden voorgelegd ter bespreking aan de commissie cultuur,
sport en recreatie, de Sportadviesraad en de Stichting Bredase
Zwembaden. Aan de hand van de resultaten van deze discussie zul
len door het college keuzes worden gemaakt ten aanzien van de
verdere uitwerking. De uiteindelijke beleidsnota zal dan in het
najaar in de raad kunnen worden behandeld. Vooralsnog bestaat er
geen aanleiding dat deze planning niet gerealiseerd kan worden.
De kortingen van de rijksoverheid ten aanzien van het schoolzwem
men voor het speciaal onderwijs zullen geen consequenties hebben
voor het volume van het zwemmen in Breda. Middels diverse maatre
gelen in de exploitatie van de Stichting Bredase Zwembaden en
een marginale verhoging van 2% van de zwembadtarieven is het mo
gelijk het ontstane financiële gat te dichten. Voor wat betreft
de vervoerskosten zal, indien noodzakelijk, aan uw raad een voor
stel worden gedaan. Voor wat betreft de openluchtrecreatie, zal
