22 DECEMBER 1988
dringend beroep op het college gedaan een uiterste inspanning te
leveren om te bereiken dat Breda zich toch maximaal zou kunnen
blijven ontplooien. Met grote slagvaardigheid heeft het college
zich van deze taak gekweten en heeft via een actieve en doeltref
fende publiciteits- en Lobby-campagne gericht op het verwerven
van de status stedelijk knooppunt Breda en haar mogelijkheden
over het voetlicht gebracht. De V.V.D.-fractie heeft grote waar
dering voor de inzet die het college en zijn ambtelijke en exter
ne adviseurs daarbij aan de dag hebben gelegd. Ze hebben er
blijk van gegeven de signalen vanuit de raad heel goed te hebben
verstaan. Wij hebben ook veel waardering voor de bemoeienissen
van het bedrijfsleven en de Kamer van Koophandel, de diverse
West-Brabantse gemeentebesturen, het streek- en het stadsgewest
en het provinciaal bestuur. De eensgezindheid waarmee men zich
aller wegen heeft beijverd ten behoeve van Breda stedelijk knoop
punt, biedt deze regio een unieke kans voor de toekomst. Vorige
week vrijdag was de vreugde in Bergen op Zoom en Oosterhout ver
moedelijk nog groter dan in Breda. De gegroeide saamhorigheid,
waar kort tevoren nog slecht onderlinge rivaliteit heerste, is
wellicht nog belangrijker voor de ontwikkeling van West-Brabant
dan de status stedelijk knooppunt zelf. Het komt er nu op aan om
deze band in stand te houden. We achten het een goed besluit van
het college om op korte termijn overleg te voerer. met de provin
cie en de andere steden in de Brabantse stedenrijover de wijze
waarop de hele provincie kan meeprofiteren van de beide knooppun
ten Breda én Eindhoven. Het getuigt van wijsheid dat ook de rela
tie met Tilburg daarbij bijzondere aandacht zal krijgen. Ik wil
het college wel dringend in overweging geven niet alleen met de
grote gemeenten te overleggen, maar ook met de kleinere gemeen
ten in West-Brabant. Met name met de randgemeenten van Breda,
dient in goed overleg te worden bezien, hoe ook zij kunnen profi
teren van de positieve effecten van Breda stedelijk knooppunt.
De heer GARRITSEN
Ik ben bang dat de aanwijzing van het knooppunt, gezien de lijst
van activiteiten die men voortvarend wil gaan aanpakken, die het
college in het persbericht vermeld heeft, toch een behoorlijke
aantasting van het landschap in West-Brabant betekent en behoor
lijke gevolgen ten aanzien van het milieu in Breda zal hebben.
Ik wil een paar zaken noemen. De Rijksweg 16, de uitbreiding tot
tweemaal drie rijbanen; de herinrichting van de Zuidelijke Rond
weg, ik neem aan dat het college nog steeds opteert voor een
plan waarin over 10 jaar zo'n 40.000 auto's daarover moeten; de
aanleg van het knooppunt Princeville, wat een groter verkeersaan
bod betekent; de keuze voor meer parkeerplaatsen in de binnen
stad, meer trekkers in de binnenstad. Bij dat soort besluiten
gaat het wel om bedragen die meer dan miljoenen gaan kosten en
die zullen een behoorlijke aanslag plegen op het milieu in Bre
da. Er zit een andere hoopvoll-, zaak tussen en dat is het stre
ven om een spoorverbinding te krijgen tussen Breda en Utrecht.
Ik hoop dat U daar heel voortvarend aan zult gaan werken en daar
de gelden in gaat steken.
De VOORZITTER
Dat zal het landschap en milieu ook in enige mate aantasten.
