22 DECEMBER 1988 6^7 al aangegeven, en ik denk dat ik dat ook volledig kan onder schrijven, dat er nauwelijks iets in staat over beleid, maar meer over de manier waarop bepaalde zaken gelopen zijn. De burge meester heeft in de commissie algemene zaken op mijn vragen toe gezegd eventueel met een aanvulling van die nota te komen. Je kunt die nota geen beleidsnota noemen. Zoals met de beleidsnoti tie van cultuur kun je hooguit zeggen dat het een notitie over de politie is, maar beslist geen beleidsnotitie. Die kantteke ning hoor je erbij te maken. Als we over begrotingen praten, en in de Algemene Beschouwingen heb ik het ook gezegd, dan praten we over beleid. Ik blijf het een moeilijke materie vinden om daar echt over te gaan praten, omdat we niet weten hoe het be leid gevoerd wordt. Waar liggen de knelpunten binnen het korps en hoe anticipeer je daarop als locale overheid? In welke rich ting wil je het beleid gaan voeren? Op dit moment is het zo dat er nogal een aantal knelpunten liggen, dat zal U niet onbekend zijn, met name in de personele sfeer. Aan het overleg, zover er mij signalen bereiken, tussen dienstencommissie, tussen staf en de korpschef, maar ook met name in Uw richting, gezien de recen te publicaties, schort nog het nodige, om het maar heel voor zichting te zeggen. Ik ben bang dat, zoals de zaak zich nu ont wikkelt, dat heel slecht is voor het functioneren van de poli tie. U heeft zelf eens gezegd, de zaak komt vast te lopen. De re latie tussen U en de korpschef moet op korte termijn opgelost worden. Als die zaak opgelost is heeft Uw positie als korpsbe heerder in de richting van het korps dan nog voldoende vertrou wen? Mede gezien de signalen die mij daarover bereiken. Met name gaat het om de keuzes die U maakt. U heeft zelf in het verleden vaak gezegd: "ik maak een vergelijking ten aanzien van de dienst politie met de andere diensten van de gemeente". Dat betekent voor U ook dat voorstellen die gedaan worden onderbouwd moeten worden. Als U dan van keuzes afwijkt die voorgesteld worden, dan zou U dat ook gemotiveerd moeten aangeven. Een ander punt is: willen de raad en de commissies algemene zaken en openbare orde daar een oordeel over kunnen hebben, dan zouden de onderliggende stukken ter visie moeten liggen, zodat wij kunnen zeggen, we ma ken goede of misschien minder goede keuzes. We hebben die discus sie bijvoorbeeld in de commissie gehad over de inzet van een aan tal vacatures in de surveillance. De vraag is waar we ze moeten inzetten. Er is een keus voor meer agenten op straat. Het punt is dat wij niet weten waar op dit moment knelpunten liggen bin nen de politie. Dan kunnen we eigenlijk nauwelijks besluiten gaan nemen en ook nauwelijks de vera-twoording ervoor nemen. Ik wil U toch heel dringend vragen om e informatie die er is ter visie te leggen voor de commissie openbare orde, zodat wij ook echt reëel op de hoogte gehouden worden van datgene wat zich bin nen het politiekorps afspeelt en ook datgene wat geadviseerd wordt in Uw richting en de richting algemene zaken. De VOORZITTER Ik wil een aantal opmerkingen maken van algemene aard en de heer Römkens is bereid om de financiële vragen, net zoals hij in de commissie heeft gedaan, voor zijn rekening te nemen. De heer Koekkoek heeft gevraagd, met betrekking tot een aantal toezeggin gen, hoe het kwartaaloverzicht gezien moet worden. Er is al een

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1988 | | pagina 647