22 DECEMBER 1988
652
aan het verminderen van de langdurige werkeloosheid, gaat de
V.V.D-fractie akkoord met de gevraagde subsidie, eveneens onder
gestelde voorwaarden. Wel wil de fractie nog eens herhalen wat
al eerder te berde is gebracht, te weten het bevorderen van het
bestuurlijk samenbrengen van beide projecten. Hierdoor kan de
overhead en de begeleiding naar onze mening efficiënter worden
ingezet, hetgeen de indirecte kosten vermindert. De besparing
kan dan ten goede komen aan de projecten zelf. Tenslotte bouwen
aan werk. Dit project kent een bevredigende doorstroming naar re
guliere opleidingsinstituten, dan wel betaald werk. Het niveau
van de vooropleiding of het ontbreken daarvan stelt bijzondere
eisen. Toch worden er te waarderen resultaten bereikt, zij het
op kleine schaal. Waar de medewerking van derden noodzakelijk
is, is het van belang dat die ook nu worden gerealiseerd. In dat
licht gezien gaan we akkoord met de subsidie.
DE VOORZITTER
Is de heer Den Boer ook bereid de drie punten gelijktijdig te be
handelen?
De heer DEN BOER
Dat was eigenlijk ook al in de commissie gebeurd. Dus ik ben
blij met deze aanpak. Het geeft de mogelijkheid om de zaken wat
meer in vogelvlucht te bekijken. Drie projecten, alle drie met
verschillende achtergrond: een tijdelijk project, een nieuw pro
ject qua aanpak bouwen aan werk en een oud project. Vorig jaar
in de commissie heeft de PvdA-fractie al luid en duidelijk
geroepen dat wij toch in die projecten moeten gaan samenwerken
en tot een overkoepeling moeten komen. Bij de anderen was de re
actie nog wat voorzichtig en dat kan ik me ook wel deels voor
stellen. Er was een grote betrokkenheid van mensen die de projec
ten begeleiden en ook in het bestuur zaten. Onze zorg was met na
me het punt van koppelingen leggen na: de doelgroep toe en erva
ringen erop uitwisselen. Er zijn groeien die ontmoedigd zijn op
het functioneren in de arbeidsmarkt. Ze dragen heel veel lasten
met zich mee om toch een plek op de arbeidsmarkt te krijgen en
de begeleiding in die werkprojecten zal daar heel sterk op ge
richt moeten zijn. In feite praat je in een aantal gevallen van
uit een kader van sterk individuele begeleiding. Dat betekent
dat de ervaring in die projecten dus gekoppeld moet worden en
ook de menskracht die daarin zit. Het tweec- punt wat belangrijk
is, zijn de contacten met het bedrijfsleven. Ik noem bijvoor
beeld het buitenlands vrouwencentrum en de erkenning daarvan
door het leerlingwezen. Dat heeft tijd gekost. Dat vergt organi
satie en druk. Ik denk dat de koppeling bedrijfsleven en de zorg
dat dat organisatorisch goed geregeld wordt belangrijk is. Kij
ken we naar bouwen aan werk, dan blijkt dat heel goed te werken.
Een heel practische inzet van met name de bouwondernemers leidt
ook tot doorstroming van mensen. Een laatste punt naar de projec
ten toe is de samenwerking. Die gaat er langzaam maar zeker ko
men. In die samenwerking moet er toch een heel eervolle plaats
blijven voor 't Gist. Met nam naar de bestuurder toe wilden wij
het college twee dingen vragen. In de eerste plaats in best ren
niet alleen de instituties op te nemen die uit de arbeidsvoorle
ningen komen en de vakschool die daarop gericht is, maar met na-
