22 DECEMBER 1988
dat is dus exact over een jaar, met Uw samengevatte respectieve
lijk samengestelde beleidsnota te komen. U heeft dan een jaar de
tijd om tot die samenstelling te komen. Ik dacht dat dat zou moe
ten kunnen. In het besluit onder punt 2, dat onze instemming
heeft, komen inhoud en materiële aspecten tezamen aan de orde
met betrekking tot elke deelnotitie. Ik ga er ook vanuit dat bij
de samenstelling van die deelnota's de direct betrokkenen een
duidelijke rol spelen, zoals U dat ook min of meer heeft toege
zegd. Tenslotte, hoewel ik geen discussie wil beginnen met de
neerlandicus Adank over de literaire betekenis van de tachti
gers, en U weet welke tachtigers ik bedoel, één kenmerk van Uw
ideeën wil ik toch benadrukken, namelijk dat vorm en inhoud één
zijn, en dat U dit ook voor de deelnota's van cultuur laat gel
den stemt ons zeer positief.
De heer DE BRUIJN
De heer Koekkoek noemt dit uitgebreide discussies, ik noem het
liever forse discussies, want er waren zo nu en dan ook wat aan
varingen over het kunst- en cultuurgebeuren in Breda, en het is
niet de eerste keer dat we in de commissie daar met elkaar fors
over gesproken hebben, hoewel de discussie soms wat minder kader-
breed was dan de laatste maanden. Dat vinden wij alleen maar
zeer positief. Ik denk dat de discussie, en de heer Koekkoek
heeft er even op gewezen, eigenlijk het gevolg was v> r. de inter
pretatie, oftewel het woordgebruik, zoals dat gebezigd werd in
het preadvies en in de notitie zelf. Uitgebreid hebben we ge
praat of het dé beleidsnotitie was of één beleidsnotitie. We heb
ben reeds uit de discussie en uit de beantwoording die we schrif
telijk hebben gehad kunnen constateren dat het eigenlijk een aan
zet is tot het opstellen van deelnota's die zowel inhoudelijk,
oftewel beleidsmatig, als materieel de verschillende zaken nader
zal belichten. In die zin is het besluit gewijzigd, alleen het
dictum van het besluit noch de toelichting van het raadsvoorstel
konden daarop worden aangepast. Wij hebben er niet zo veel pro
blemen mee dat de nieuwe wethouder toch nog even tijd vraagt om
het definitieve beleid duidelijk op papier te zetten. Het is een
moeilijke materie. We praten er al twee jaar over en we zijn er
zelf nog niet uitgekomen. De tijdsdruk die hij zichzelf en zijn
ambtelijke medewerkers heeft opgelegd, om vóór 1 april met een
nadere uitwerking te komer.waarderen wij zeer. Wij hopen dat
het lukt en dat halverwege de rit de mensen er niet gillend een
punthoofd van krijgen. Wat de interpretatie betreft: we weten
wat dat betekent. Of dit nu wel of geen accommodatienota is, dat
zijn maar woorden. Ik denk dat je duidelijk in de nota moet aan
geven dat, wil je het beleid feitelijk verder gestalte geven en
wil je daar op een gegeven moment in een voorwaardenscheppende
sfeer iets aan doen, je nu al moet constateren dat het op sommi
ge gebieden echt een ramp is: een schouwburg waar je met drie
glazen en paraplu's doorheen moet sjouwen, de Beeldenaar en de
Muziekschool die niet erg adequaat gehuisvest zijn, een biblio
theek die voor anderen aantrekkelijk is om te gaan gebruiken en
waarvan in latere instantie geconstateerd is dat hij misschien
ook niet goed functioneert. In het verleden is al eens gezegd
dat de bereikbaarheid ook niet alles is. Dat zijn allemaal argu
menten om in ieder geval aan die voorwaardenscheppende sfeer,