22 DECEMBER 1988 711 De Bruijn zeg ik dat de beleidsontwikkeling parallel loopt met de accommodatie-ontwikkeling. Je moet die twee in samenhang met elkaar zien. Met een beleidsmatig verhaal kunnen we niet zo veel doen als gelijktijdig ook niet het accommodatieverhaal ingevuld is. In het verlengde daarvan zullen we in financiële paragrafen aangeven waar we met de financiën naar toe willen. In die zin is het verhaal van de fondsvorming natuurlijk niet een nieuw ver haal. Er zijn in het verleden al meerdere zaken ontwikkeld. Er staat een aantal zaken op papier, mensen hebben hun medewerking toegezegd en ik ben ook bereid om steeds in de commissie cul tuur, sport en recreatie de commissieleden op de hoogte te hou den waar de werkgroep fondsvorming op dat moment mee bezig is. Dan praat ik niet alleen over het bedrijfsleven, maar ik denk ook aan de provinciale en de stedelijke overheid en ook richting Europese fondsen, waar overigens in het verleden al de eerste contacten mee zijn gelegd en waarvan de brief terugkwam met: "er ligt nog geen verhaal onder; kom terug als het verhaal klaar is". Wat de deadline sponsoring betreft: ik hoop niet dat we ons vast hoeven te pinnen op 1 april. We willen een goed verhaal po diumkunsten/invulling schouwburg en wat ruimte in de marge om die fondsvorming gestalte te geven. Ten aanzien van de A.V.M.-sec- tor het volgende. Het college erkent dat de audiovisuele sector in Breda sterk ontwikkeld is. Dan praten we toch over zo'n 6 of 7 groepen die zich al of niet met experimentele filmtechnieker. bezighouden. Ik praat ook over bv. de audiovisuele afdeling van St. Joe *0. We hebben gisteren in het college besloten om samen met het overleg van de Bredase filmproducenten op korte termijn, dat zal in januari nog gebeuren, rond de tafel te gaan zitten om de eerste aanzetten te geven om het stedelijk A.V.M.-beleid op papier te zetten. Dat gebeurt dus niet alleen vanuit de beleias- voorbereidende kant, maar in samenspraak met. Mevrouw Neeb vraagt nog naar de financiële afweging. Ik denk dat het een be langrijke opmerking is, omdat Uw fractievoorzitter bij de Algeme ne Beschouwingen daar geen twijfel over liet bestaan, en rich ting college zei: "kom met een duidelijk verhaal over de priori teiten zoals U die heeft gesteld in mei en juni en leg daar een goed en verantwoord financieel verhaal onder, zonder dat er risi co's genomen worden". In die zin wenst het college verder te den ken. De heer TAKS Daarom zijn we zo tevreden. Wethouder ADANE Dank U wel. Mijnheer Derijckere, natuurlijk is het zo dat alles wat met kunst en cultuur te maken heeft in deze stad, en U hoeft maar één weekend in deze stad te zijn om een aantal zaken in de schouwburg, in bioscopen, in galeries etc. mee te maken om te we ten dat het niet alleen een voorziening is die zich voor 120.000 Bredanaars afspeelt, maar dat de culturele voorzieningen en dat gene wat er op kunstgebied in Breda ontwikkeld wordt regionale en zelfs landelijke betekenis heeft. Ik denk dan ook aan bv. de filmproducenten die ook internationale erkenning hebben gekre gen. Maar ik erken dat accommodaties essentieel zijn om beleids matige zaken te realiseren. Uw vraag ten aanzien van fondswer-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1988 | | pagina 711