22 MAART 1989 150 veranderingen in het preadvies, zoals dat nu voorligt. Met het preadvies, zoals het besproken is in de commissies ruimtelijke ordening en M.D.S.O., is het C.D.A. akkoord gegaan. Bij dat voor stel hebben wij de kanttekening geplaatst dat de inrichting en situering dan binnen de financiële randvoorwaarden zal dienen te gebeuren, maar dat is logisch. Het college heeft ons duidelijk gemaakt, dat zij de briefwisseling die we ontvangen hebben, de verschillende inbreng vanuit buurten en woonwagenbewoners, terde ge vooraf had overdacht. Dan ging het met name over de uitbrei ding van locaties die de woonwagenbewoners wilden, de verplaat sing van situering e.d. Het ging met name ook over de locatie die nodig was voor de bedrijfsvestiging, de kantoorlocatie. Het college heeft daarvan gezegd niet vooruit te willen lopen op mo gelijke toekomstige taakstelling van de provincie. Dat zien we in 1990. Daaronder valt de natuurlijke aanwas. Men heeft gezegd die kantoorlocatie is noodzakelijk en het is ook de bedoeling dat dat kantoor daar komt. Het huidige gewijzigde voorstel wijkt nogal af van datgene wat we in het eerdere preadvies in de com missie hebben behandeld. We willen gaarne het college vragen om met overtuigende motieven te komen, waarom het preadvies in die zin gewijzigd is zoals het nu gewijzigd is voorgelegd. Een twee de vraag. In de commissievergadering, voorafgaand aan deze raad, is gebleken dat er geen artikel 10 standplaatsen meer nodig zijn, althans als voorlopig standpunt. In hoeverre is dat hard? Is het contractueel vast te leggen dat er inderdaad afgezien wordt van deze claim op locaties, nu en in de toekomst? Een der de punt betreft het lijstje van de lege standplaatsen, zowel in Breda als buiten Breda. We hebben een aantal lege reserve stand plaatsen. Normaal gesproken zou je kunnen zeggen dat deze stand plaatsen zouden kunnen voorzien in de natuurlijke aanwasbehoefte in de locaties. Waarom is daar niet voor gekozen? Mevrouw VAN BEUSEKOM-NIX Het gaat bij de ontruiming van Driekoningenoord, voor wat be treft de Bredase taakstelling, nog om 25 plaatsen, volgens Uw laatste voorstel. Dat verdeelt U over twee standplaatsen van 10 en 15 wagens. Na enig gesteggel over de locatiekeuze, zijn de Hamdijk en hoek Edisonstraat eruit gekomen. De laatste wordt als de niet meest ideale gezien door het college en valt ook nog duurder uit. Hiermee heeft het college een willig oor gehad voor de bezwaren van de woonwagenbewoners en zij hebben zich daar dan ook positief over uitgesproken. Voor wat betreft het verder te voeren overleg met omwonenden en woonwagenbewoners Is het ver schil tussen de beide locaties in het gewijzigd voorstel, naar wij begrijpen, nu opgeheven. Het moet ons van het hart, dat het weliswaar goed is, dat na overleg met woonwagenbewoners alsnog een compromis is gevonden. Echter als U, met zoveel ambtelijke ondersteuning en een goed betaald extern coördinatiebureau, thans, een half uur voor deze vergadering, een voorstel doet, ge tuigt dat niet van een tijdige en gedegen afweging van finan ciële, sociale en ruimtelijke belangen. De van V.V.D.-zijde in de commissie gestelde vragen over de motleven die het college hebben bewogen voor een bepaalde situering te kiezen nl. de Edi sonstraat zijn met het huidige voorstel beantwoord. Daarvan wil Ik het volgende zeggen. Vorige sprekers hebben daar al op ge-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1989 | | pagina 150