26 JANUARI 1989
18
lander meer komen. Die zaak is gelukkig van de baan. Anderzijds
is het zo dat er ook een aantal wat "wittere" wijken in Breda
zijn. Daar bedoel ik mee te zeggen, wat ook gesignaleerd wordt
door de gemeente zelf, dat in bepaalde wijken het aantal buiten
landers heel gering is. We zullen een effectief beleid moeten
voeren om dat te doorbreken. We kunnen niet aantonen dat particu
liere verhuurders of mensen die kamers verhuren discrimineren.
Als een buitenlander opbelt, zegt men dat de kamer bezet is, en
als even later een Nederlander opbelt dan vragen ze maar eens te
komen kijken. Dat soort situaties komen voor. Andere steden heb
ben daar vaak over gerapporteerd. Willen we dat soort signalen
boven tafel krijgen, dan zullen we toch zeker een Meldpunt moe
ten hebben, dat een stuk onderzoek doet naar waar de klachten te
recht kunnen komen. Zo krijgen we beter materiaal op tafel dan
de toch wat oppervlakkige beschouwing die de gemeente zelf aan
het functioneren wijdt. Op die punten heb ik veel kritiek. Het
is jammer dat in het voorstel vermeld is dat we niet overgaan
tot een aanstelling van een beroepskracht bij het Meldpunt. Daar
mee maak je het werk van het Meldpunt compleet onmogelijk en dat
betekent ook dat het in de praktijk niet zal functioneren. Het
overhevelen naar bestaande instellingen geeft veel onduidelijk
heid. Wat dat ene punt betreft ben ik tegen het voorstel van het
college. Ten aanzien van een aantal andere maatregelen zal het
duidelijk zijn, dat ik daar een voorstander van ben.
De heer DE LEEUW
Het Telefonisch Meldpunt tegen discriminatie krijgt geen subsi
die meer. Zoals ik uit de pers begrepen heb, wil men toch door
gaan. Er zijn toch nog ruim 40 aanmeldingen geweest in anderhalf
jaar. Die zijn hier terecht gekomen ondanks de andere bestaande
instellingen, die zich hier ook mee bezighouden. Wij vragen ons
af wat er gaat gebeuren. Waarom zijn er maar ruim 40 aanmeldin
gen geweest? En ten tweede, waar blijven die nu? Is het mogelijk
om alsnog na te gaan waar dit soort aanmeldingen terecht komen,
en of die nog ergens terecht komen. Is het mogelijk om dat te on
derzoeken?
De heer BOSHART
De Llsa-fractie heeft bij het derde punt van het actieprogramma
geen overwegende bezwaren. Punt 1 en 2 schieten ons toch in het
verkeerde keelgat. U vraagt bij punt 1 in te stemmen met het in-
liggende evaluatieverslag. Een van de conclusies van het evalua
tieverslag is dat het met discriminatie, racisme in Breda best
wel meevalt en dat er een toenemende tolerantie is. Behalve het
feit dat de bewijsvoering van deze stelling uitermate zwak is,
hebben wij uit andere bronnen wel andere ervaringen. De heer Gar-
ritsen gaf daar al een aantal voorbeelden van. De situatie in
Breda is nog lang niet zo, dat we over een tolerante samenleving
kunnen spreken, integendeel. Dergelijke conclusies geven toch
een bagatellisering, want dat is het gevaar wat ze inhouden, ten
aanzien van het vrij bedenkelijk maatschappelijk verschijnsel,
ofwel maatschappelijke ziekte. Daarmee kom ik op het tweede
punt. Constaterend dat allerlei vormen van racisme en van discri
minatie nog steeds in onze samenleving voorkomen en dat het ei
genlijk een vorm van maatschappelijke ziekte is, vinden wij het