27 APRIL 1989 198 moet ook zeggen dat collega's die ik met betrekking tot deze ma terie raadpleeg over het algemeen zeggen: wij zitten er ook mee te worstelen en we weten niet hoe we ermee om moeten gaan. Dat is de concrete situatie van dit moment. U mag mij helpen om er gens een raadsinformatiesysteem op te diepen dat mogelijkerwijs tot tevredenheid van die raadsleden werkt. Dan kunnen we daarmee onze kennis opsteken. De heer DE BOER Dat is ook precies het punt: we moeten samen nadenken over wat we met een raadsinformatiesysteem willen. Akkoord. 83. KREDIET AD F 1.600.000,-- T.B.V. DE BOUW VAN HET STADSKAN TOOR. De heer GARRITSEN Op één punt van dit voorstel om 1,6 miljoen beschikbaar te stellen ten behoeve van de bouw van het stadskantoor wil ik in gaan, namelijk de planning en dan specifiek waar het gaat over de invulling van de plek waar we op dit moment voornemens zijn het stadskantoor neer te zetten. De VOORZITTER Volgens mij is dat niet aan de orde. De heer GARRITSEN Het gaat over de planning die erin staat, met de data die erin genoemd zijn. De VOORZITTER Ja, maar dat is heel wat anders dan de plaats waar het gebouw komt te staan. De heer GARRITSEN Ik wil er toch een paar opmerkingen over maken en ik denk dat ik dat binnen de orde van dit voorstel doe. In de commissie ad hoe, waar dit voorstel aan de orde is geweest, zijn we uitvoerig geïn formeerd over het stedebouwkundig ontwerp van de zaak. Waar het mij om gaat is de planning zoals die nu hierin staat. Op 1 april 1989 zou het plan gepresenteerd worden en op 1 mei zou de coördi natie van activiteiten van projectgroep 1 afgerond zijn. Wordt deze planning gehaald? Een ander punt is: we hebben in het verle den een heel klein schetsje van de stedebouwkundige vorm gehad, dat is compleet verlaten. Toen is er een ander schetsje gekomen en vorige week maandag hebben we bij de binnenstadsbesluiten een prachtige kaart gezien, waarop weer een andere invulling van het gebied stond. Waar het om gaat is, dat er in de loop der tijd steeds andere vormen van gebouwen komen en mijn vraag is: hoe krijgen en houden we als raad zicht op die besluitvorming, en op de kwaliteit van het gebouw en op de gewijzigde keus van de ar chitect? Ik denk dat er duidelijkheid moet komen over het moment waarop de raad daar zeggenschap over heeft.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1989 | | pagina 198