27 APRIL 1989
200
we dit zo maar overlaten aan het college, want het neemt een he
le belangrijke vitale plaats in de stad in. Je moet heel zorgvul
dig zijn met de invulling en de opzet daarvan. Dan behoort ook
in de raad aan de orde te komen, welke vorm we daar kiezen. We
hebben indertijd gezegd dat er een kantoor komt, en als je ziet
dat er behoorlijk wordt geschoven met locaties, omvang en derge
lijke, dan dient de raad daarover geïnformeerd te worden. Je
kunt zeggen dat het definitieve plan nog op tafel komt, maar tij
dens de rit moeten wij als raad ook de vinger aan de pols hou
den. We moeten niet zeggen dat het in de commissie ad hoe aan de
orde is geweest en dat het in de raad dan niet meer aan de orde.
zou kunnen komen. Wat betreft het niet kunnen lezen van tekenin
gen het volgende. Ik heb 10 jaar lang achter een tekenbord ge
staan, waardoor ik, denk ik, wat tekeninglezen betreft, een beet
je meer ervaring heb dan de wethouder die zo badinerend doet. In
al de tekeningen die we hebben geproduceerd is al behoorlijk ge
schoven. Ik constateer ook dat de hele grote tekeningen, waar we
met de hele raad hebben voorgezeten in de zaal hier beneden,
weer een heel andere invulling gaven van wat we op die hoek gaan
doen, inzake de locatie van een stadskantoor en de locatie van
een groot commercieel kantoor. Het heeft zin om te bekijken hoe
je de raad daarbij écht kunt betrekken. We moeten niet alles af
schuiven aan de commissie ad hoe, omdat we daar officieel niet
eens adviseren.
Wethouder RöMKENS
Ik kan geen andere conclusie trekken dan dat de heer Garritsen
spijt heeft van het raadsbesluit van 22 december. Alles wat hij
nu zegt is uitvoerig aan de orde geweest bij de inhoud van het
raadsbesluit. Als de heer Garritsen zegt dat de keuze van de ar
chitect een zaak is waar de raad over moet kunnen discussiëren,
dan kan ik zeggen dat ik daar geen enkel bezwaar tegen heb. Ik
nodig de heer Garritsen uit om met een initiatief-voorstel te ko
men. Op 22 december is heel duidelijk aan de orde geweest dat de
architectenkeuze nog niet definitief is. Er zijn toen 2 namen ge
noemd, waaruit het college een keuze zal maken. We hebben die
keuze gemotiveerd aan de raadsleden medegedeeld, nog vóórdat de
commissie ad hoe bijeen kwam. Dat kan de heer Garritsen zich on
getwijfeld herinneren. Wij handelen conform het besluit van 22
december. Als de heer Garritsen meent dat een dynamisch proces
van ontwikkelingen niet mag inhouden dat je tijdens allerlei ont
wikkelingen de raad optimaal informeert, met het risico dat je
door dat dynamische proces veranderingen in die ontwikkelingen
en vormverschillen in de te vullen vlekkenplannen krijgt, dan
weet ik niet hoe wij dat verder gestalte zouden moeten geven.
Daarnaast is het zo, dat wij heel duidelijk over de voortgang
hebben afgesproken deze te bespreken in de commissie ad hoc in
de meest brede zin. We hebben afgesproken dat we met name het as
pect van stedebouwkundige randvoorwaarden, gekoppeld aan het
voorlopig ontwerp, in een informatieve bijeenkomst van de raad
eind mei zouden presenteren. Daarnaast is het zo dat alle ver
volgbesluiten, voor zover deze tot een raadsbesluit leiden, ook
in de reguliere commissie aan de orde komen. Ik dacht dat daar
mee aan alle randvoorwaarden die op 22 december aan de orde zijn
geweest voldaan is.