27 APRIL 1989
205
Ik dacht dat het voorstel, juist naar aanleiding van de discus
sie op dit punt, al enige bijstelling heeft gekregen, want wij
hebben gezegd dat een periode van 3 jaar expliciet is ingebouwd.
Dat was namelijk het essentiële punt, waarop dit betrekking had.
Vanuit diezelfde positieve grondhouding wil ik dat nogmaals her
halen.
Akkoord.
88. VOORSTEL M.B.T. HET VASTSTELLEN VAN HET BESCHIKBARE INVESTE
RINGSVOLUME 1990 EN HET AANGEVEN VAN INDICATIES OMTRENT DE
BESTEDING ERVAN.
De heer GARRITSEN
Op pagina 1 zien we dat ten behoeve van de artotheek
f 230.000,wordt gereserveerd. Gezien de relatie die het heeft
met de bibliotheek dient de procedure uiterst zorgvuldig gekozen
te worden. Dat betekent naar mijn mening dat, alvorens eventueel
daarmee te starten, er duidelijkheid moet zijn over wat we met
de bibliotheek gaan doen. Het moet niet zo zijn dat we de arto
theek gaan verplaatsen en dan een verdieping leeg hebben staan.
De heer SINKE
Bij de behandeling van de Kadernota 1990 kon helaas niet worden
gesproken over de omvang van de investeringen, omdat nog niet
vaststond welk bedrag Breda aan extra investeringsimpulsen zou
krijgen. De discussie over de investeringen heeft zich toen be
perkt tot het aangeven van enkele globale bestemmingsindicaties.
De C.D.A.-fractie is blij dat de indicatiesignalen, die de frac
tie toen heeft uitgezonden, door het college zijn opgepakt en,
zij het als eerste aanzet, zijn terug te vinden in het investe
ringsvolume van ruim f 28.000.000,Ik bedoel daarmee de inzet
voor de Stadsschouwburg en de Zuidelijke Rondweg. Met betrekking
tot de investeringen in het kader van buurtbeheer raison van
f 4.000.000,kan het C.D.A. zich vinden in deze keuze van de
inzet van het beschikbaar gestelde geld en is dan ook nieuwsgie
rig naar het uitvoeringsplan buurtbeheer, dat in oktober aan de
raad zal worden voorgelegd. Op dat moment kunnen we concreet
over de invulling praten. Op verzoek van het C.D.A. zal binnen
kort ook nog gesproken worden over de totaalproblematiek van de
rioleringssituatie, mede aan de hand van de Provinciale nota. Op
dat moment kunnen de financiële mogelijkheden en onmogelijkheden
wat beter worden afgewogen en kunnen we bepalen of het investe
ringsprogramma voor de eerstkomende Jaren op dit punt voldoende
is. Tot slot een korte opmerking over de artotheek. Uit het voor
stel blijkt het meer dan duidelijke voornemen om binnenkort met
plannen te komen voor nieuwbouw van de artotheek. Daarvoor is
zelfs al een financieringswijze aangegeven. Het C.D.A. kan zich
vinden in deze prioriteitsstelling. Afrondend kan ik stellen dat
het C.D.A. instemt met de omvang van dit investeringsvolume en
heel nadrukkelijk ook met de indicaties voor de verdeling van de
investeringsruimte
Wethouder RöMKENS