27 APRIL 1989
206
De heer Garritsen heeft het over de relatie tussen artotheek en
bibliotheek. Het college zondert hier een bedrag af, alvorens
tot de verdeling voor 1990 over te gaan. Ook is het besluit, op
basis waarvan dit bedrag is afgezonderd, expliciet ter visie ge
legd. Het is duidelijk dat daarover een raadsvoorstel komt met
invulling. De vraag van de heer Garritsen zal nadrukkelijk onder
deel uitmaken van dat raadsvoorstel. Het is nu niet meer dan een
indicatief gegeven, dat via dat raadsvoorstel tot nadere besluit
vorming zal moeten leiden en met medeneming van de relatie tot
de bibliotheek. Daarmee heb ik ook de vraag van de heer Sinke be
antwoord. Het rioleringsplan en de investeringen zullen inder
daad door wethouder Rattink keurig op een rij worden gezegd. De
ze zullen afzonderlijk aan de orde komen. Met betrekking tot het
uitvoeringsplan kan ik U zeggen dat alles in de steigers staat
om in oktober dit plan aan de raad te presenteren.
Akkoord
89. VOORTZETTEN VAN HET PROJECT OPVANG ASIELZOEKERS IN HET KA
DER VAN DE REGELING OPVANG ASIELZOEKERS.
De heer BOSHART
Sinds 1 april 1988 heeft de Stichting Huisvesting Asielzoekers,
beter bekend als "S.H.A.B.", een beroepskracht voor 20 uur in
dienst. Het voorstel dat voor ons ligt gaat er vanuit om deze si
tuatie voor het tweede projectjaar te continueren. In de evalua
tie van de "S.H.A.B." wordt aangegeven dat de beroepskracht voor
20 uur, die de "S.H.A.B." kan inzetten, nu al knelpunten ople
vert. In de toekomst, als het aantal asielzoekers dat geplaatst
moet worden zal toenemen, zullen er ongetwijfeld steeds meer
knelpunten komen. Bovendien voorziet het collegevoorstel eigen
lijk alleen in professionele ondersteuning van wat genoemd
wordt: de materiële opvang. Over, ons inziens, noodzakelijke be
roepsmatige ondersteuning van de immateriële opvang, bijvoor
beeld psycho-sociale, juridisch- en maatschappelijke opvang en
bijstand, wordt in het stuk niet gesproken. Opvang van asielzoe
kers via de R.O.A. is volgens onze fractie wel iets méér dan al
leen het bekende brood, bad en bed. Wij vinden de immateriële op
vang even belangrijk. Professionele ondersteuning van de hierbo
ven gememoreerde activiteiten is dan ook dringend gewenst. Ik
spreek dan nog niet over de sociaal culturele activiteiten, waar
in een gemeente volgens de R.O.A.-overeenkomst ook zou moeten
voorzien, maar waarover in het voorstel niet wordt gesproken.
Het financiële plaatje in het voorstel is hoogst ondoorzichtig.
Volgens gegevens van "S.H.A.B." bestaan er nogal wat verschillen
tussen werkelijke kosten en de kosten die door de G.S.D. geraamd
worden. De G.S.D. blijft daarbij wel aan de erg voorzichtige
kant, maar blokkeert daarmee meteen noodzakelijke ontwikkelingen
in de projectopvang asielzoekers. Gezien het feit dat ook het
college twijfels heeft bij de financiële onderbouwing van het
oorspronkelijke voorstel en daarom punt 4 heeft toegevoegd aan
het besluit, gaat onze fractie akkoord met dit besluit. We kij
ken echter wel reikhalzend uit naar de evaluatie in oktober en
met name naar het dan te produceren financiële overzicht.