26 JANUARI 1989 23 - VERKOOP VAN DIVERSE PANDEN AAN DE SPOORSTRAAT EN ACADEMIE SINGEL AAN DE WONINGBOUWVERENIGING ST. LAURENTIUS Akkoord PAUZE De VOORZITTER heropent de vergadering. 14. AANGAAN VAN EEN OVEREENKOMST MET DE WONINGBOUWVERENIGING VOLKSHUISVESTING BREDA, I.V.M. OVERDRACHT ONROEREND GOED EN FINANCIëLE VERHOUDING. Mevrouw HEESSELS Wij kunnen vrij kort zijn over dit voorstel. Begin vorig jaar hebben we eigenlijk al uitgebreid over het voorstel gesproken en dit is de uitwerking daarvan. Wij hebben wel een aantal opmerkin gen. Ten eerste ten aanzien van punt 14de samenwerking met de S.W.B. In de commissie zijn wij daar ook al op terug gekomen. Wij gaan er vanuit, dat de gemeente in ieder geval in het kader van het totale volkshuisvestingsbeleid bestuurlijk betrokken blijft bij de S.W.B. Ten tweede ten aanzien van punt 15: conve nant met betrekking tot de woningbouwverenigingen. Daar is aar dig wat commotie rondom geweest. Wij vinden in ieder geval de toezegging van de wethouder in de commissie, dat zij in het over leg met het PKO alle aspecten voor de verschillende woningbouw corporaties aan de orde zal stellen, voldoende. We zijn blij van daag in de krant te vernemen dat ook Laurentius dat op dit mo ment voldoende vindt. Wij vragen wel om ook in dat aspect mee te nemen de locaties waarop straks gebouwd gaat worden, omdat wij denken dat niet alleen het percentage nieuwbouw wat een corpora tie kan plegen belangrijk is, maar ook op welke locaties nieuw bouw gepleegd kan worden. Wij vinden het een terechte zaak, ge zien de positie van het woningbedrijf in het verleden, dat de ge meente probeert om 40% nieuwbouw voor de woningbouwvereniging in het overleg in te brengen. De heer GARRITSEN Er is al heel wat gepraat over de verzelfstandiging van de wo ningbouwvereniging. Nu wordt het feitelijk geëffectueerd. De P.S.P. heeft grote problemen met twee punten. Ten eerste is dat artikel 4 van de overeenkomst. Dat gaat concreet over de verkoop van woningwetwoningen. Het zal duidelijk zijn, dat de P.S.P. er fel op tegen is om voor een netto-opbrengst van 5.000.000, woningwetwoningen te gaan verkopen. De zaak is met het rijk afge sproken. Daar kunnen we ons niet bij neerleggen. Veel partijen in de raad zijn overeengekomen dat er geen verkoop van woningwet woningen zou plaatsvinden. Wij zijn eigenlijk gezwicht voor Den Haag. Het was nuttiger geweest daar veel harder over te onderhan delen, zodat wij dan van de verkoop van woningwetwoningen af zou den zijn. Dit, omdat met name de woningnood in die categorieën heel hoog is. Het is een hele slechte zaak die woningen uit de distributie te halen. Ten tweede artikel 15Er is al heel wat over gepubliceerd en gesproken. Kan de wethouder nogmaals heel

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1989 | | pagina 23