29 JUNI 1989
247
zijn voor het feit dat deze zaak op deze manier tot stand is geko
men. Daarom ben ik U des te meer dankbaar dat U het krediet wilt
geven, want in feite bent U het er wel mee eens dat deze activi
teiten gepleegd worden. Graag zeg ik de heer Koekkoek toe dat wan
neer we slaapkamers plus toilet- en wasgelegenheden hebben, die
dit gebouw meer geschikt maken voor zowel mannen als vrouwen, wij
in navolging van de politie, ook proberen bij de brandweer vrou
wen aan te trekken. Is er behoefte aan een tweede termijn?
Mevrouw WOUTERS-KOOTSTRA
Ik weet niet of U de toezegging die ik gevraagd heb niet wilt uit
spreken, maar daar zat ik eigenlijk nog wel op te wachten.
De VOORZITTER
Met betrekking tot zorgvuldige bewaking van kosten zeggen wij U
toe dat dit project binnen het krediet gerealiseerd moet worden,
en dat we niet met een aanvullend krediet komen.
Akkoord
146. ALGEMENE REGELGEVING BIJ EXPERIMENTEN MET CONTRACTMANAGEMENT.
De heer DEN BOER
Vanavond krijgen we meer zicht op het begrip en de feitelijkheid
van contractmanagement. Na 3 jaar algemene opmerkingen in de raad
wordt het nu duidelijk en eindelijk een keer concreet. Nu maakt 1
zwaluw nog geen zomer, maar we hoeven het beestje zeker niet te
zien als een vleermuis die zijn vlucht in het donker moet zoeken.
Het is in ieder geval goed dat er gevlogen gaat worden. Het is
een experiment. Voor ons is de koers vrij duidelijk. De koers zou
moeten zijn: besturen op prestaties, immers de overheid heeft ta
ken naar de burger toe. Er zal een contractuele relatie moeten
zijn tussen het bestuur en het uitvoerend apparaat. Daarbij moet
heel duidelijk zijn: voor wat, hoort wat, wederzijds. Komen er
tussentijds wijzigingen in de contracten of in situaties, dan zal
er duidelijk overleg met elkaar moeten zijn, en zal het ambtelijk
apparaat aan moeten geven wat wel kan en niet kan, en wij zullen
duidelijk aan moeten geven wat wij willen en wat de kosten ervan
zijn. Ik denk dat een ander belangrijk punt is: vrijheid in de be
drijf sbesturingDit is voor ons duidelijk een punt binnen de al
gemene voorwaarden rond personeelsbeleid. Een tweede algemene
voorwaarde is: goede rapportage tussentijds naar de raad toe. Als
we deze weg op gaan dan zal contractmanagement een belangrijk
hulpmiddel kunnen worden. Daarbij zal het, wat ons betreft, niet
gaan om het onmiddellijk oordelen en veroordelen op prestaties,
maar om met name duidelijkheid te krijgen over zaken als: hebben
we de prestaties goed gedefinieerd, wat is de werkelijkheid ten
opzichte van het plan, welke normen hebben we daarbij gehanteerd,
waarom zijn die normen gehaald of waarom zijn die normen niet ge
haald. Het belangrijkste van contractmanagement is te leren van
de verschillen tussen plan en werkelijkheid, zodat we de bestu
ring en definiëring van taken duidelijk kunnen maken. Twee opmer
kingen die ook in de commissie aan de orde zijn geweest: voor ons
mag het experiment in 1990 doorgaan. 19B9 is ver voorbij en ik
denk dat je een experiment een kans moet geven om redelijk te kun-